Mensis Iunius, zomermaand, rozenmaand
Machteld Roede
calendarium 1, calendarium 2, calendarium 3 en calendarium 4 — januari 1, januari 2 en januari 3 — februari 1, februari 2 en februari 3 — maart 1, maart 2, maart 3, maart 4 en maart 5 — april 1, april 2, april 3 en april 4 — mei 1, mei 2, mei 3, mei 4 en mei 5 — juni 1, juni 2, juni 3 en juni 4 — juli 1, juli 2 en juli 3 — augustus 1, augustus 2 en augustus 3 — september 1, september 2, september 3 en september 4 — oktober 1, oktober 2, oktober 3 en oktober 4 — november 1, november 2, november 3 en november 4 — december 1, december 2, december 3 en december 4
Mei 2022, upgrade september 2025
Enkele jaarlijkse dagen uitgelicht (vervolg)
D’Artagnan

De legendarische Charles de Batz de Castelmore (1611–1673) groeide op in het zuidwesten van Frankrijk. Toen zijn broer overleed erfde hij de titel graaf van Artagnan. Hij melde zich in 1640 aan bij les Mousquetaires du Roi, waar hij eerst werd geweigerd, omdat hij geen militaire achtergrond had. Door bemiddeling van een goede vriend van zijn vader trad hij toch toe in het elitekorps van de koninklijke Gardes-Françaises. In 1644 kwam hij door toedoen van kardinaal Mazarin bij de Musketiers, die nog hoger in aanzien stonden.
Juni 1673 verhuisde de Franse koning Lodewijk XIV voor een belegering van Maastricht zijn hele hofhouding twee weken naar Wolder, een dorp ten zuiden van Maastricht (nu een buitenwijk van de stad). De koninklijke legertent stond naast de kerk van Wolder.
D’Artagnan leidde een van de Franse regimenten tijdens de bloedige gevechten tussen de Franse en Staatse troepen bij de vestingwerken rond de Tongersepoort. Een musketkogel raakte de edelman in zijn keel, wat leidde tot zijn dood op 25 juni. Het is niet bekend waar zijn graf zich bevindt, al denken velen bij de kerk van Wolder.
Vijf dagen later veroverden de Fransen Maastricht en behielden er de macht tot aan de vrede van Nijmegen in 1678.
D’Artagnan werd geromantiseerd als de jonge vierde musketier in het bekende, talloze keren verfilmde boek De Drie Musketiers van Alexandre Dumas uit 1844. Ook de romanfiguren Aramis, Athos en Portos hebben echt bestaan.

Weinig bekend is dat D’Artagnan al eerder in Maastricht was. In 1666 vocht hij in en om Maastricht, maar nu als bondgenoot; zij aan zij met de Hollanders tegen de Britten. Een delegatie van de Republiek der Verenigde Nederlanden heeft hem toen als een eregast onthaald.
Maastricht is de enige plek ter wereld met een standbeeld voor een belegeraar, een agressor waardoor vele Maastrichtenaren de dood vonden. Dicht bij de plek waar de musketier in 1673 sneuvelde is in 1977 een levensgroot bronzen standbeeld onthuld van de Russische kunstenaar Alexander Taratynov. Op het voetstuk staat het motto Tous pour Un, Un pour Tous; Een voor allen en allen voor een. Maastricht heeft ook een D’Artagnanlaan.
Elk jaar viert Wolder rond 25 juni het D’Artagnan festival. In 2023 herdacht Maastricht de 350e sterfdag van de musketier met diverse activiteiten, zoals een groot spektakelstuk op de Tapijnkazerne en herdenkingen in Wolder.
Hoogfeest van het Heilig Hart van Jezus

Haw mood = houd moed[3]
Ook spreekt men van oudsher van de maand van het Heilig Hart van Jezus omdat de viering van het roomse Hoogfeest van het Heilig Hart van Jezus — beschouwd als het begin van het christendom — in feite altijd in juni valt. Dit feest wordt op de 3e vrijdag na Pinksteren gevierd.
In het roomse zuiden worden in juni veel processies gehouden, juist ook in de dorpen. Dikwijls versieren bloemtapijten de processieweg en de stoepen erlangs.
Pinkpop
Pinkpop — het langstlopende jaarlijkse popfestival ter wereld — is een driedaags popfestival in het Zuid-Limburgse Landgraaf. Het eerste vond plaats in 1966 en sinds 1970 valt het normaal gesproken in het Pinksterweekeinde.
Oerol

Oerol — is het jaarlijks tiendaags cultureel juni festival dat sinds 1982 op Terschelling op locaties over het hele eiland wordt gehouden. Het is een van de grootste locatietheaterfestivals in Europa.
Natuur
Pollennieuws
In de maand juni veroorzaken sterk allergene klachten de grassoorten kropaar, het gewoon reukgras ,de gestreepte witbol, de rogge, het kamgras, het Engels raaigras, de glanshaver, het straatgras, en nu ook het timoteegras. Sterk allergeen zijn het kweekgras en de mais. De pollen van de grote vossenstaat zijn nog maar matig allergeen.
Het kruid klein glaskruid is zeer sterk allergeen.
Aardbeienmaan

Een volle maan in juni wordt wel een aardbeienmaan genoemd, omdat in juni het aardbeien seizoen begint.
De linde
De bladverliezende hoge tot middelhoge lindebomen (Tilia), behorend tot bomen uit de kaasjeskruidfamilie (Malvaceae), komen voor op het noordelijk halfrond. Volgroeide bomen hebben grote, dichte kronen en dikke stammen; in Nederland met een omtrek van soms wel 6 meter.
De Winter- en de zomerlinde zijn te onderscheiden aan hun bladeren. De onderzijde van het blad van de zomerlinde heeft wittige haartjes bij de nerf, de winterlinde zijn deze haartjes rossig.
De linde bloeit vanaf begin juni met hangende tuilen van sterk zoetgeurende bloemen. De bloemtrossen van een linde hangen onderaan een vleugel, die bij de zomerlinde breder is dan bij de winterlinde.
De gedroogde bloemen hebben een zachte, zoete zomergeur. Lindebloesemthee is licht van smaak, verfrissend, rustgevend, kalmerend, vermindert stress en bevordert een goede nachtrust.
Boommythologie[6]
De lindeboom speelde een belangrijke rol in zowel de Keltische, de Germaanse, als de Griekse mythologie.
Voor de Kelten waren bomen spirituele wezens die de mensen troost en steun boden en ook diepgewortelde wijsheid. De heilige linde — een tegenhanger van de mannelijke eik — was geassocieerd met vrouwelijke godinnen, vrouwelijke gratie, schoonheid, geluk en bood bescherming, liefde en vruchtbaarheid.
Volgens de Keltische boomhoroscoop zijn mensen geboren in het teken van de linde (11 t/m 20 maart en 13 t/m 22 september) creatief, dromer, positief, twijfelaar, inspirator, kwetsbaar.
Bij de Germanen was de linde gewijd aan de beeldschone krachtige godin Freya, de godin van liefde en wellust, vruchtbaarheid en geluk. De linde werd veelal in het centrum van het dorp geplant voor bescherming en gerechtigheid.
Baucis en Philemon
Bij de klassieke Grieken symboliseerde de linde tederheid en trouw, zoals vertolkt in het ook bij de Romeinen bekende verhaal van Baucis en Philemon, beschreven door Ovidius in zijn Metamorfosen VIII.

Zeus en zijn zoon Hermes (Jupiter en Mercurius) besluiten vermomd een bezoek te brengen aan de sterfelijke aardbewoners in het koninkrijk Phrygië om de gastvrijheid van de bewoners op de proef te stellen. Ze kloppen aan bij duizend huizen maar de harde zelfzuchtige bewoners houden hun deur gesloten.
De oude, rechtschapen, goedige Baucis en haar man Philemon in hun klein armzalig, laag hutje aan de rand van het dorp ontvangen de naar zij denken gewone reizigers wel heel gastvrij. Ze doen alles om het hun naar de zin te maken, met een lap jute als kussen, een kuip vers water om hun voeten te verkoelen.
Snel wordt een maaltijd bereid, met uit hun tuintje gehaalde kool, een goed rugstuk van een lang bewaarde ham, noten, bessen, eieren en olijven, een mandje pruimen. Dan beseft Philemon met schrik en vrees dat de oude wijnkan hoe de gasten ook drinken niet leeg raakt. Ze begrijpen goden op bezoek te hebben en bidden om vergeving voor hun schamel onthaal. Ze rennen zover hun bibberbenen het nog toelaten naar de stal om hun enige gans te halen om die te offeren. Hij laat zich echter niet pakken en verschuilt zich gakkend achter de heilige gasten.
Deze leggen nu uit dat ze de gastvrijheid van de stervelingen wilden testen. De gierige buren zullen worden gestraft, maar de vrijgevige oudjes wordt gevraagd hen te volgen de berg op opdat ze niet met de schuldigen mee zullen lijden. Met moeite beklimmen ze de steile berg.
Eenmaal boven zien ze dat een zondvloed volledig het land heeft overstroomd, alle huizen zijn weggevaagd. Er ligt nu een meer, waar hier en daar nog een dak uitsteekt. Alleen hun armzalige hutje van leem en stro bleef gespaard. De goden veranderen het in een schitterende tempel met een gouden dak en een marmeren vloer. Ook mag het oude echtpaar een wens doen.
Wij wensen priester te worden en uw heiligdom te beheren en, aangezien wij eendrachtig ons leven hebben gesleten, dat hetzelfde tijdstip ons beiden wegneemt; dat nooit ik het graf van mijn vrouw hoef te zien maar ik ook niet door haar moet worden begraven. — (Ovidius, Metamorfosen VIII).

Tot ze door ouderdom totaal waren versleten bewaakten Philemon en Baucis de tempel. Dan is het einde daar. Terwijl ze voor de heilige treden staan ziet Baucis Philemon verdwijnen in het groene gebladerte van een eik, Philemon ziet Baucis veranderen in een linde. Zo staan ze, tot boom verworden, samen bij hun tempel, hun takken lieflijk ineengevlochten.
De heiligheid van gastvrijheid was in de oudheid een wijdverbreid gegeven. Ovidius greep wellicht terug op een oud volksverhaal uit Klein- Azië. Ook in de bijbel staan verhalen over afgestrafte on-gastvrijheid en beloonde gastvrijheid.
Abraham en Sara onthalen naar blijkt God en twee engelen (Genesis 18). De engelen bezoeken ook Lot, die beschermd wordt terwijl Sodom en Gomorra worden verwoest (Genesis19). Nadat een arme weduwe tijdens een hongersnood de profeet Elia haar laatste voedsel bood raakte haar voorraad meel en olie niet op totdat het weer had geregend (1 Koningen 17:7-16).
In Hebreeën 13:2 staat het voorschrift:
Houd de gastvrijheid in ere, want zo hebben sommigen zonder het te weten engelen ontvangen.
Insecten — de Junikever
De junikever[9] behoort tot de bladsprietkevers. Ze leven als larve ondergronds en voeden zich met plantenwortels; na twee jaar verpopt de larve. Vanaf juni verschijnen de volwassen kevers; ze vliegen ook in juli. Ze zijn met een lichaamslengte van 14 tot 18 millimeter tot 2 cm kleiner dan de meikever.
De junikever is uniform oranjebruine tot geelbruine van kleur, heeft lange bruine poten en is over het hele lichaam sterk behaard. Ze eten van de bladeren van verschillende loofbomen. Ze zijn actief in de avonduren. De mannetjes vliegen in grote zwermen; de vrouwtjes blijven tussen de planten op grond en leggen hun eieren in de bodem.
Ze zijn voor de mens niet gevaarlijk maar kunnen wel schrik aanjagen wanneer een zwerm plotseling uit de lucht komt vallen. Planten met een sterke geur zoals de lavendel en rozemarijn houden junikevers uit de tuin weg. Ook zijn ze te bestrijden door het inzetten van microscopisch kleine aaltjes (nematoden). Deze dringen de larven binnen en schakelen ze uit, zonder schade aan de omringende planten en dieren.
Vogels — De grote stern

De grote stern is een tamelijke forse zeevogel, met een typerende zwarte kuif en een klein geel puntje op de snavel. Ze overwinteren langs de hele Westkust van Afrika en arriveren in Nederland vanaf midden maart.
Tijdens het broedseizoen is de visjesvlucht te zien: tijdens het baltsritueel biedt het mannetje het vrouwtje een visje aan. Ze broeden in kolonies op spaarzaam begroeide zandvlakten in het Wadden– en Deltagebied.
Ze kunnen broeden tot in juni; half juni zijn alle kuikens wel uitgekomen. Ze krijgen meestal twee jongen per paar. Rond het nest kan het wat naar vis ruiken door de vele jonge zandspiering, sprot en haring die de ouders op de Noordzee vangen voor hun jongen.
Rond het begin van de twintigste eeuw zijn veel grote sterns gedood vanwege hun mooie veren waarmee dameshoeden werden versierd, terwijl de eieren werden geraapt voor consumptie. Na verbod door de overheid steeg hun aantal aanzienlijk. Tot 1956 broedden hier ruim 35.000 paren. Door het verdwijnen van natuurreservaat De Beer, en ook door watervervuiling door bestrijdingsmiddelen, waren er echter in 1965 slechts 800 paar over. Gelukkig trad er enig herstel op. Helaas veroorzaakte in 2022 de vogelgriep een forse achteruitgang van de populatie. Een recente officiële telling wees op gelukkig weer op bijna 6.500 broedparen.
Bijzondere dagen kalender
- 1 juni: Internationale Dag ter Bescherming van Kinderen (VN, sinds 1989)
- 1 juni: Begin meteorologische zomer (op noordelijk halfrond)
- 4 juni: Internationale dag van onschuldige kinderen als slachtoffers van agressie (VN, sinds 1982)
- 5 juni: Wereld Milieudag (UNEP, sinds 1974)
- 5 juni: Internationale dag voor de strijd tegen illegale, niet-aangegeven en niet-gereglementeerde visserijactiviteiten (FAO, sinds 2018)
- 7 juni: Werelddag voor voedselveiligheid (FAO, sinds 2019)
- 8 juni: Wereld Oceanendag (VN, sinds 2009)
- 12 juni: Werelddag tegen kinderarbeid (ILO, sinds 2021)
- 14 juni: Werelddag van de bloeddonor (WHO, sinds 2004)
- 15 juni: Internationale dag voor de bestrijding van ouderenmishandeling (VN)
- 16 juni: Bloomsday (Ierland)
- 17 juni: Werelddag voor de strijd tegen woestijnvorming en droogte (VN)
- 18 juni: Internationale dag van de duurzame gastronomie (UNESCO en FAO, sinds 2017)
- 19 juni: Internationale dag voor de uitbanning van seksueel geweld tijdens conflicten (VN, sinds 2015)
- 20 juni: Wereld vluchtelingendag (VN)
- 21 juni: Begin astrologische zomer (op noordelijk halfrond) Internationale dag van de zonnewende (VN, sinds 2019)
- 24 juni Sint-Jan (wereld, katholiek)
- 25 juni: Sterfdag D’Artagan (1673; bij belegering Maastricht)
- 26 juni: Internationale dag tegen het misbruik van en de illegale handel in verdovende middelen (VN)
- 29 juni: Internationale dag van de tropen (VN, sinds 2016)
- 30 juni: Internationale dag van de asteroïde (VN, sinds 2017)
- Zaterdag voor Pinksteren: Luilak (noordwest Nederland)
- Laatste zaterdag: Veteranendag (NL, sinds 2005)
Weerspreuken
Als het koud en nat in juni is, dan is het de rest van het jaar ook mis.
De eerste juni kil en wak, brengt veel koren in de zak.
Een wei die in juni niets geeft, is niet waard dat ze leeft.
Als in juni vocht en koude kwelt, dat wis voor ‘t hele jaar niets goeds voorspelt.
Is juni koud en nat, de boer zijn zak is plat.
Is juni nat en guur, dan wordt alles slecht en duur.
In juni koude en een regenvlaag, ziet het boerke niet zo graag.
In juni te veel regen in de nok, schaadt de bij en de bonenstok.
In juni veel regen, komt wijngaard en bijen ongelegen.
Is de eerste juni regenachtig, heel de maand is twijfelachtig.
Juni nat en koud, meest van het hele jaar ellende brouwt.
Juni vochtig en warm, dan maakt ze de boeren niet arm
Juni regen is Gods zegen, komt de zon daar bij, dan maakt hij boer en stadslui blij.
Als de noordenwind in juni gaat, komt het onweer vrij laat.
Blaast juni uit de noordkant, verwacht veel koren dan op ‘t land.
Blaast juni in zijn donderhoorn, op het land het mooiste koren.
Hoort ge in juni de donder kraken, dan maakt de boer slechte zaken.
Hoort ge in juni de donder kraken, dan maakt de boer vast goede zaken …
Juni met veel donder, brengt de oogst ten onder.
Is er in juni pas zonneschijn, dan wordt de zomer erg klein maar fijn.
Juni meer droog dan nat, vult de schuur en ook het vat.
In juni weinig regen, voorspelt een grote zegen.
Niet te koel, niet te zwoel, niet te nat en niet te droog, juni vult de schuren hoog.
Gaat juni goed voorbij, dan is men in juli nog blij.
Een boon in juni geplant, geeft er vijftig in de hand.
Wat St. Medardus (1) geeft droog of nat, zes weken duurt het dit of dat.
Heeft St. Margriet (10) geen zonneschijn, dan zal het een natte zomer zijn.
Regen op St. Barnabas (11), dan zwemt de oogst in de waterplas.
Valt op St. Barnabas (11) veel nat, zwemmen de druiven in het vat. Schoonweer op St. Barnabee (11), dan dansen alle boeren mee
Als op St. Antonius (13) de zon schijnt, veel zorg voor de boer verdwijnt.
St. Antonius (13) nat, de boer drinkt van verdriet zich zat.
St. Antonius (13) schoon en helder, vult vat en ook de kelder.
Regen met St. Veith (15), dan regen het zes weken in de tijd.
Zorg wel voor de kinderwiegen, want met St. Vitus (15) komen de vliegen.
Als de linde bloeit met St. Jan (24), is er koren met St. Jacob.
Als St. Johannes (24) is geboren, is het lengen der dagen verloren.
De regen van St. Jan (24), de oogst bederven kan.
Een landman trouw aan de mode, mist met St. Jan (24) zijn pels nog node.
Het weer van St. Jan (24), houdt dertig dagen an.
Met St. Jan (24) de wind uit het noorden, het goede weer is geboren.
Met St. Jan (24) melk in de kan.
Met St. Jan (24) slaat de eerste maaier an.
Met St. Jan (24) nieuwe aardappelen in de pan.
Na St. Jan (24) moet de koekoek zwijgen, anders is er niet veel goeds meer te krijgen.
Na St. Jan (24) neemt de zee de buien an.
Na St. Jan (24) neemt de zee het onweer niet meer an.
St. Jan (24) is een regenman.
St. Jans (24) regen, voor de oogst geen zegen.
Voor St. Jan (24) moet men om regen smeken, daarna regent het vele weken.
Is op St. Baptist (= St. Jan, 24) de hemel rein, dan zal hij het ook in juli zijn.
Als op St. Pieter (29) het haantje kraait, komt regenweer ons toegewaaid.
St. Pieter (29) helder en klaar, is een goed bijenjaar.
Een verzopen St. Pieter (29), gebruikt nog lang zijn gieter.
Heet weer op St. Paulijn (29), wat zal de landman vrolijk zijn.
Komen Petrus en Paulus (29) met regenvlagen, dan dreigt de regen dertig dagen.
Op St. Pieter (29) zonneschijn, dan drinke vrij de mulders wijn.
Wanneer het St. Pieter (29) is, zorg dat de hooitijd ten einde is. Want vissen doet hij zonder gena, ofwel tevoren ofwel erna.
Zoals de wind op St. Pieter (29) waait, zo zit de wind voor ‘t jaar gedraaid.

Noten
[1] Bron: D’Artagnan en de drie musketiers — Maurice Lelo
[2] Bron: Standbeeld van D’Artagan – foto PAhles, Maastricht
[3] Bron: Bloemtapijt in het Zuid Limburgse Eijsden (2020)
[4] Bron: Oerol festival Terschelling — foto Albert Besselse
[5] Bron: Bosaardbei — foto xulescu_g
[6] Uit: onder andere Gustav Schwab (1982) Griekse en Romeinse Sagen. Haarlem: U.M. Holland en nl.wikipedia.org/wiki/Philemon_en_Baucis
[7] Bron: Baucis en Philemon (circa 1620-1625) — Peter Paul Rubens, Kunsthistorisches Museum, Wenen
[8] Bron: De metamorfose van Philemon en Baucis in een eik en een linde — Virgil Solis
[9] Zie: nl.wikipedia.org/wiki/Junikever
[10] Bron: Junikever parend — foto R.Winkelmann
[11] Bron: Grote stern — © Vogeldagboek van Adri de Groot, vogeldagboek.nl
[12] Bron: Da Costa Getijdenboek, juni (circa 1515) — Simon Bening. Twee mannen zijn schapen aan het scheren. Een derde man kijkt al steunend op een kruk toe; zijn arm is gespalkt. In het pastorale landschap leidt een pad naar gebouwen aan de voet van een heuvel. Vlakbij zit een stel op een bankje. Op de heuvel staat een (reuze!) hert en zit een dito konijn.
Aan de rechterkant van de kalenderpagina staan twee standbeelden (mannen) in nissen. In de nissen eronder ligt een kreeft bij een meer, het sterrenbeeld Kreeft, en rechts drinkt een schaap uit een beek. De scènes zitten in illusionistische houten lijsten. MS M.399, fol. 7v en MS M.399, fol. 8r, Morgan Library and Museum, NY.