Mensis Maius, bloeimaand, Mariamaand
Machteld Roede
calendarium 1, calendarium 2, calendarium 3 en calendarium 4 — januari 1, januari 2 en januari 3 — februari 1, februari 2 en februari 3 — maart 1, maart 2, maart 3, maart 4 en maart 5 — april 1, april 2, april 3 en april 4 — mei 1, mei 2, mei 3, mei 4 en mei 5 — juni 1, juni 2 en juni 3 — juli 1, juli 2 en juli 3 — augustus 1, augustus 2 en augustus 3 — september 1, september 2, september 3 en september 4 — oktober 1, oktober 2, oktober 3 en oktober 4 — november 1, november 2, november 3 en november 4 — december 1, december 2, december 3 en december 4
Mei 2022, upgrade april 2025

Kalender
Mei was volgens de Romeinse kalender de derde maand. De traditionele Romeinse naam van de maand mei is Maius, waarschijnlijk een vernoeming naar de Griekse godin Maia (μαια, moeder).
De Romeinen vierden diverse voorjaarsfeesten, zoals het meerdaagse bloesemfeest de Floralia en op de eerste mei het feest van de aardgodin Bona Dea, de Goede Godin.
Later werd zij geïdentificeerd met Maia, de Griekse moedergodin die de natuur liet groeien.
Maia was de oudste en mooiste van de zeven Pleiaden.
De maand mei — de vijfde maand van de gregoriaanse kalender — telt 31 dagen. Mei wordt de bloeimaand en ook de Maria maand genoemd, want sinds de Middeleeuwen wordt mei toegewijd aan de Moeder Gods Maria.

Haar vereren werd echter tijdens de Franse Revolutie streng verboden. In de toen ingevoerde republikeinse kalender werden de maanden vernoemd naar natuurverschijnselen. De tweede lentemaand Floréal (bloemmaand) viel daarbij van 20 april-19 mei en de rest van onze huidige meimaand viel binnen de Prairial (weidemaand), die liep van 20 mei-18 juni.
Sterrenbeeld Stier — Taurus
In de maand mei vallen de sterrenbeelden Stier (21 april-20 mei) en Tweelingen (22 mei-21 juni).
Taurus is het tweede teken van de dierenriem. Het sterrenbeeld Taurus bevat twee open sterrenhopen. Hiervan kunnen de Plejaden en de Hyaden met het blote oog worden waargenomen.
De dierenriem van Dendera van de tempel van Dendera, was gewijd aan de Egyptische goden Hathor en Isis. De voorstelling van de twaalf tekens van de dierenriem bevond zich op het plafond van de centrale kamer van het noordoostelijke deel van de tempel,
De ontvoering van Europa
Ovidius beschreef in zijn Metamorphoses het mythische verhaal van de ontvoering van prinses Europa. Zij was de dochter van de Fenicische koning Agenor en de zuster van Cadmus, de stichter van Thebe; grootvader van de wijngod Dionyssus. (Fenicië is nu Libanon, deels Syrië).
Op een dag zag oppergod Zeus de bevallige jonge prinses Europa met haar vriendinnen aan het spelen op het strand in de buurt van Sidon. (Vanaf 2700 v.o.j.de oudste Fenicische stad naast Baalbek en Tyrus). Dichtbij graasde een kudde koeien van haar vader.
Om haar niet af te schrikken door zijn goddelijke uitstraling, en mede om zijn onderneming verborgen te houden voor zijn altijd jaloerse echtgenote Hera, nam eeuwige womanizer Zeus de gedaante aan van een witte vriendelijke stier en mengde zich onder de koeien.
Wanneer de prinses de mooie stier ziet wordt ze nieuwsgierig, komt dichterbij, liefkoost hem, en klimt dan speels op zijn rug. Tot haar schrik draafde de stier met haar weg, de zee in en zwom en zwom, naar zijn geboorteplaats Kreta. Hier nam Zeus weer een menselijke gedaante aan en toonde wie hij in werkelijkheid was. De prinses liet zich verleiden en gleed in zijn armen. Door hun liefdespel werden drie kinderen verwekt, Minos, Rhadamantus en Sarpedon.
Aangezien het Grieks alfabet is terug te voeren op het zeker 3000 jaar oude Fenicische alfabet, is het niet zo vreemd dat prinses Europa wordt genoemd als de moeder van Minos. En daarmee van de Minoïsche cultuur, de oudste bekende beschaving in het werelddeel, dat uiteindelijk de naam van de Aziatische prinses zou krijgen.
Men stelt wel dat de reis die Zeus in stierengedaante met Europa een mythische vertolking is van het feit dat ooit verschillende eilanden in het oostelijke deel van de Middellandse Zee de uitvalsbasis werden voor migrerende bevolkingsgroepen uit het Midden-Oosten.
Bij Homerus was Europa een mythologische koningin van Kreta, maar geen geografische benaming. Nu wordt aangenomen dat de naam Europa wel een geografische oorsprong heeft.
Ooit was van Boeotië tot Macedonië Europa de naam van een aardgodin, en ook een plaats- en riviernaam. Toen begon men het noordelijke deel van Griekenland Europè te noemen, vervolgens zo het hele vasteland van Griekenland, en uiteindelijk werd Europa de naam voor het hele Europese vasteland.
Hoewel de term ‘Europa’ wordt herleid tot het Griekse woord voor breed (eurys) en voor gezicht (ops), wordt ook verwezen naar het Semitische erebu, (zonsondergang) of het Fenicische ere (avond). Vanuit het Midden-Oosten, waar Fenecië was gelegen, gaat de zon onder in het land in het westen, het avondland Europa.
Enkele jaarlijkse dagen uitgelicht
Dag van de arbeid[20]

De basis van de Dag van de Arbeid is een gevoel van internationale verbondenheid.
De Dag van de Arbeid vindt in Nederland, België, Duitsland, Suriname en op Curaçao en Aruba jaarlijks plaats op 1 mei; sommige andere landen wijken van deze datum af. In Europa is 1 mei in bijna alle landen een officiële feestdag, na WO-II vaak een doorbetaalde vrije dag, met een paar uitzonderingen, waaronder Nederland. In België, waar men ook wel spreekt van het Feest van de Arbeid, worden in een aantal steden speeches afgestoken, gevolgd door optochten.
In Nederland is de Dag van de Arbeid alleen op de BES-eilanden (Bonaire, St. Maarten en St. Eustatius) een officiële feestdag. Wel is een kleine groep ambtenaren, banken en beurshandelaren op deze dag vrij, en ook werknemers van vakbonden. Werknemers van de gemeenten Amsterdam en Hoorn hebben op 1 mei een vrije dag, met sinds 2017 de keuze om vrij te nemen of te werken. Katholieken vieren het feest van Sint Jozef, de arbeider.
Decennialang was de eerste mei de feestdag van de socialistische, communistische en anarchistische arbeidersbeweging. Aanvankelijk organiseerden de SDAP, later de PvdA, en de CNP grote bijeenkomsten; zo hield tot in de jaren 1980 de CPN een betoging in Amsterdam. Tot aan WO-II vierden socialisten en communisten de dag met optochten en veel muziek. Koninginnedag (toen op 30 april) werd gezien als een grote concurrent. De traditie om bij de 1 mei gezamenlijk het strijdlied De Internationale te zingen is gaan slijten. Het de ochtend op de radio beginnen met het Morgenrood is allang afgeschaft.
De Internationale
De oorspronkelijke tekst van het strijdlied is van communard Eugène Pottier. Na de nederlaag van de heldhaftige Parijse Commune – waarbij de laatste communards werden afgeslacht — moest hij Frankrijk verlaten en verbleef even in België en vervolgens de Verenigde Staten. Na 15 jaar keerde hij ziek en verzwakt naar Parijs waar hij stierf in 1887.
Intussen was zijn bundel Chants Révolutionnaires uitgegeven, waarbij L’Internationale met de vermelding Au citoyen Lefrançais, membre de la Commune. In 1888, een jaar na de dood van Pottier, zette Pierre de Geyter de tekst op muziek. De Internationale werd voor het eerst uitgevoerd op 8 juli 1888 op het jaarfeest van het syndicaat der krantenverkopers te Rijsel (Lille). De 2de Internationale proclameerde het als officieel strijdlied in 1892.
De Sovjet-Unie (de eenpartijstaat van 1922-1991) en de voormalige communistische landen in Oost-Europa vierden 1 mei met een grote parade van zowel arbeiders als legereenheden, met veel vertoon van de producten van de wapenindustrie. Daarna nam de 1 mei traditie steeds verder af. Recent deden er echter in heel Rusland weer velen mee aan een door de vakbonden georganiseerde 1 mei optochten, bedoeld om vaderlandslievende gevoelens aan te wakkeren.
Geschiedenis

De viering van de Dag van de Arbeid op 1 mei heeft als oorsprong de Haymarket-affaire op 4 mei 1886 in Chicago.
De Haymarket-affaire verwijst naar stakingen en demonstraties van arbeiders en vakverenigingen in Chicago van 1 tot en met 4 mei 1886, de zware bloedige onlusten die erop volgden, en het omstreden spraakmakende proces tegen de als anarchisten bestempelde verantwoordelijk gestelde personen.
In de jaren tussen 1830 en 1886 was Chicago een snelgroeiende industriestad met veel zware industrie en abattoirs, waar de arbeidsomstandigheden uiterst slecht waren en de arbeiders vrijwel rechteloos. Rond 1880 kwamen er vakverenigingen met eigen kranten, waarin fel werd uitgehaald naar de overheid en de fabriekseigenaren.
En naar het bestaan van (officieel niet bestaande) ‘zwarte lijsten’ die circuleerde onder fabriekseigenaren. Stond een ergens ontslagen arbeider op zo’n lijst dan kwam hij nergens meer aan werk. Ook lidmaatschap van de vakbond of deelname aan een staking kon leiden tot plaatsing op de zwarte lijst. Er ontstond een gespannen sfeer.
In het voorjaar van 1886 ontstonden onlusten na ontslagen bij de McCormick fabrieken voor landbouwmachines. De vakbonden riepen de arbeiders op McCormick te boycotten. Vervolgens braken ook stakingen uit bij andere grote bedrijven in Chicago en er werden demonstraties aangekondigd, voor de achturige werkdag en tegen de zwarte lijsten.
Op 1 en 2 mei verliepen de demonstraties relatief rustig; op 3 mei werd het echter grimmiger. De demonstranten belaagden werkwilligen met stokken en stenen. De politie trad fors op, met als gevolg één dode onder de arbeiders en diverse gewonden onder zowel politie als arbeiders. De kranten kopten echter over een groot bloedbad; de spanning nam toe.
Op 4 mei waren er weer demonstraties, met ‘s avonds een samenkomst op het centrale stadsplein Haymarket, waar vakbondsleiders spraken. Toen om 22.20 uur politie gelastten de bijeenkomst te beëindigen werd een bom geworpen naar hen gegooid. Na een harde explosie begon de politie in het wilde weg op de demonstraten te vuren. De bomexplosie doodde op slag een politieman; zes anderen overleden kort daarna aan hun verwondingen. Het aantal slachtoffers onder de demonstranten is nooit vastgesteld.
Het proces
Ook het proces wat volgde op de bomaanslag was spraakmakend. Vrijwel direct werden de belangrijkste vakbondsvoormannen als mede enkele bekende anarchisten aangehouden. De acht werden wekenlang verhoord en uiteindelijk op 19 augustus ter dood veroordeeld, ook in hoger beroep, wegens moord en samenzwering tegen de staat.
De bewijzen leken echter flinterdun; steeds nadrukkelijker werden vraagtekens gesteld bij de procesgang. In de loop van 1887 kwamen er veel petities en protestbrieven, ook uit Europa, medeondertekend door bekende namen als Bernard Shaw.
Verzachting van de straf werd mogelijk op voorwaarde dat de veroordeelden hun overtuigingen afzwoeren. Drie veroordeelden zagen zo de doodstraf omgezet naar een gevangenisstraf. De anderen reageerden met minachting en eisten de vrijheid of de dood. Een pleegde op 10 november 1887 zelfmoord met een knalkwikpil; de anderen werden op 11 november 1887 opgehangen. Vijftienduizend mensen volgden hun begrafenisstoet. Vijftien jaar later werd voor hen een herinneringsmonument opgericht.
Drie overgebleven gevangenen werden op 26 juni 1893 vrijgelaten door de nieuwe gouverneur van Illinois die stelde dat het proces niet had gedeugd en dat hij daarom de strafuitvoering niet kon voortzetten.
Een lange strijd
De grondslag voor de viering van een Dag voor de Arbeid is de strijd die lang – in Engeland al in de 15e en 16e eeuw — is gevoerd om te komen tot een slechts achturige werkdag en betere werkomstandigheden.
In 1817 pleitte in Engeland de sociaal bewogen ondernemer Robert Owen voor de achturige werkdag in werkplaatsen en fabrieken. Hij benadrukte dat slechts acht uur werk en een goede organisatie van de arbeid een overvloed aan rijkdom voor allen zou scheppen. Terwijl het door de nieuwste ontwikkelingen op technisch en chemisch gebied ook niet meer noodzakelijk was om langer dan acht uur te werken.
Februari 1856 kwamen in Melbourne werknemers en werkgevers overeen de arbeidsdag te beperken tot acht uur, nadat bouwvakarbeiders het werk neer hadden gelegd.
In 1864 werd in Boston de Workingsmen’s Convention gesticht, waarbij Ira Steward pleitte om bij wet de achturendag te regelen. In 1882 wilde de Central Labor Union in New York een demonstratieve optocht met aansluitende picknick houden voor arbeidsverkorting. Geen bedrijf of instantie wilde echter zijn personeel een vrije dag geven. Daarom riep de bond een staking uit voor de eerste maandag van september. In 1887 werd deze ‘Labour Day’ voor het eerst erkend door een vijftal staten.
In november 1884 bepleitte ook de American Federation of Labor om vanaf 1 mei 1886 de achturendag wettelijk in te voeren en besloot in 1888 om op 1 mei jaarlijks te demonstreren voor dezelfde doelen als in 1886 in Chicago: een 8-urige werkdag, weekendrust en een beter arbeidsrecht.
In 1889 nam het eerste congres van de Tweede Internationale te Parijs op aangeven van Lenin en Rosa Luxemburg het Amerikaanse voorstel over. De martelaren van Chicago werden symbool voor arbeidersstrijd in de hele wereld,
Zo werd 1 mei 1890 een internationale strijd-dag met demonstraties in meerdere landen. Dit leidde in sommige Italiaanse, Spaanse en Franse steden tot gevechten met de politie. Alleen in de Verenigde Staten resulteerden de acties in sommige deelstaten in een achturige werkdag voor de timmerlieden, en voor sommige andere vakgebieden in een negenurige werkdag. In 1891 besloot het congres van de Tweede Internationale om van de Dag van de Arbeid een jaarlijkse traditie te maken.
In de Verenigde Staten was er alleen in 1890 een dag van de arbeid demonstratie op 1 mei, aangezien president Grover Cleveland de viering verplaatste naar de eerste maandag in september om te voorkomen dat het een herdenking zou worden van de Haymarket-rellen of aandacht gaf aan socialistisch gedachtegoed.
Een weinig bekende zwarte bladzijde uit de historie van de Dag van de Arbeid is dat op 10 april 1933 de regering van Hitler met een door Goebbels voorgestelde maatregel 1 mei per wet tot een betaalde ‘feestdag van de nationale arbeid’ verklaarde. Zo wist Hitler veel vakbondsleiders naar Berlijn te lokken, waar ze gevangen werden genomen en werden afgevoerd naar concentratiekampen.
Lelietjes-van-Dalen
Op 1 mei geeft men in Frankrijk en België geliefden Lelietjes-van-Dalen (zie bij Flora) en sinds het begin van de 20e eeuw worden de Lelietjes ook in verband gebracht met Dag van de Arbeid.
Noten
[1] Bron: Les Très Riches Heures du duc de Berry, mei — Gebroeders Van Lymborch (1411-1416). De miniatuur illustreert de traditionele ruiterparade op 1 mei: jongeren gaan te paard, voorafgegaan door trompettisten. Ze gaan het bos in op zoek naar takken die ze op hun hoofd of om hun nek zullen dragen. Bij deze gelegenheid dragen de dames een lange groene jurk, zoals hier het geval is met drie van hen. Verschillende personages dragen gebladerte in hun hoofdtooi. De bouwwerken op de achtergrond geven aanleiding tot uiteenlopende interpretaties.
[2] Bron: Floreal, bloemmaand, was de achtste maand van de Franse republikeinse kalender (circa 1794) — Tresca, Salvatore (graveur), Louis Lafitte (dessinateur du modèle, 1770-1828); allégorie pour le mois de Floreal. Domaine public français, bibliothèque nationale & Bureau des Longitudes.
[4] Bron: Stier en ram (ongeveer 50 v.o.j.) — foto Bautsch, De zodiak van Dendera, Egypte; nu Louvre, Parijs.
[5] Bron: Taurus (1001-1100) — kunstenaar /auteur onbekend, Het oudste wetenschappelijke manuscript in de Nationale Bibliotheek van Wales bevat verschillende Latijnse teksten over astronomie. National Library of Wales.
[6] Bron: Taurus (12e eeuw) – foto Jastrow, apsis van de Saint-Austremoine, Issoire Auvergne (Fr).
[7] Bron: Taurus — foto Vassil, een van de tekens van de dierenriem die op het linkerportaal van de gevel van de kathedraal van Amiens (voltooid in 1269).
[8] Bron: Taurus (circa 1440-1450) — the Fastolf Master, Book of Hours, Bodleian Library, Oxford C.160. MS. Auct. D. inf.2, 11, fol 4r
[9] Bron: Taurus (1411) — hofastroloog van Iskandar Sultan. Uit: ‘Kitab-i viladat-i Iskandar’ of ‘Het boek van de geboorte van Iskandar’ of de ‘Iskandar horoscoop’. Het manuscript bevat de horoscoop van de Timuridische prins Iskandar Sultan. wellcomeimages.org/indexplus/image/L0040145.
[10] Bron: Taurus (1690) — Johannes Hevelius, uit: Atlas Coelestis.
[11] Bron: Taurus (18e eeuw) — kunstenaar onbekend, foto © Yann Forget, Wikimedia Commons, CC-BY-SA, Jantar Mantar observatorium, Jaipur, India
[12] Bron: Taurus (1825) —Sidney Hall; Uit: Urania’s Mirror of a view of the Heavens, een set van 32 astronomische sterrenkaartkaarten met een verhandeling over astronomie, London. United States Library of Congress’s Prints and Photographs division
[13] Bron: Taurus — foto AnotherGypsy, Wisconsin State Capitol
[14] Bron: Zeus ontvoert Europa (350 v.o.j.) — kunstschilder Asteas, foto ArchaiOptix, Calix vaas, Saticula — Museo Archeologico Nazionale del Sannio Caudino
[15] Bron: Zeus ontvoert Europa (200-300) — foto Carole Raddato, Romeins mozaïek uit Byblos, Nationaal Museum van Beirut, Libanon
[16] Bron: Zeus ontvoert Europa (Romeins en late antieke periode) — foto Dosseman, mozaïek, Zeugma Mozaïek museum, Gaziantep, Turkije
[17] Bron: De verkrachting van Europa (1560-1562) — Titian, Isabella Stewart Gardner Museum, Boston
[18] Bron: De roof van Europa (1632) — Rembrandt, J. Paul Getty Museum, Los Angeles
[19] Bron: Zeus ontvoert Europa (1719) — Jean-François de Troy, National Gallery of Art, Washington
[20] Zie onder andere nl.wikipedia.org/wiki/Dag_van_de_Arbeid
[21] Bron: 1 mei — foto Soman, Mumbai (Bombay)
[22] Bron: The Haymarket Riot (4 mei 1886) — Harper’s Weekly, gedramatiseerde weergave van de bomaanslag op Haymarket