Mensis Iunius, zomermaand, rozenmaand
Machteld Roede
calendarium 1, calendarium 2, calendarium 3 en calendarium 4 — januari 1, januari 2 en januari 3 — februari 1, februari 2 en februari 3 — maart 1, maart 2, maart 3, maart 4 en maart 5 — april 1, april 2, april 3 en april 4 — mei 1, mei 2, mei 3, mei 4 en mei 5 — juni 1, juni 2, juni 3 en juni 4 — juli 1, juli 2 en juli 3 — augustus 1, augustus 2 en augustus 3 — september 1, september 2, september 3 en september 4 — oktober 1, oktober 2, oktober 3 en oktober 4 — november 1, november 2, november 3 en november 4 — december 1, december 2, december 3 en december 4
Mei 2022, upgrade september 2025
Kalender

Mensis Iunius was volgens de Romeinse kalender oorspronkelijk de vierde maand van het jaar, omdat tot 153 v.o.j. het Romeinse kalenderjaar op 1 maart begon.
Juni telt 30 dagen en is de zesde maand van het jaar in de gregoriaanse kalender.
Volgens de Franse republikeinse kalender (1793 tot 1806) viel de gregoriaanse maand juni samen met de lentemaand Prairial (weidemaand) die liep van 20 mei-18 juni, en de zomermaand Messidor (oogstmaand) van 19 juni-18 juli.
Ook augustus wordt echter oogstmaand genoemd.
De maand juni zou genoemd zijn naar de Romeinse godin Juno, de zuster en vrouw van oppergod Jupiter (In de Griekse mythologie Hera en Zeus).
Mensis Iunius was volgens de Romeinse kalender oorspronkelijk de vierde maand van het jaar, omdat tot 153 v.o.j. het Romeinse kalenderjaar op 1 maart begon.
Juni telt 30 dagen en is de zesde maand van het jaar in de gregoriaanse kalender.

Volgens de Franse republikeinse kalender (1793 tot 1806) viel de gregoriaanse maand juni samen met de lentemaand Prairial (weidemaand) die liep van 20 mei-18 juni, en de zomermaand Messidor (oogstmaand) van 19 juni-18 juli. Ook augustus wordt echter oogstmaand genoemd.
De maand juni zou genoemd zijn naar de Romeinse godin Juno, de zuster en vrouw van oppergod Jupiter (in de Griekse mythologie Hera en Zeus).
In de maand juni vallen de sterrenbeelden Tweelingen (22 mei-21 juni) en Kreeft (22 juni-21 juli). In juni vallen de
Juno
Juno was de godin van het zuivere licht (Juna Lucina); vooral ook van het maanlicht, en zij was daarom ook een maangodin. Zij was de beschermster van vrouwen, van het huwelijk, het huiselijke leven en van de geboorte. Haar eredienst was dan ook vooral gericht op vrouwen, en de hele maand juni was aan haar gewijd.

Zij was het rolmodel van een Romeinse matrona en zetelde als koningin Iuno Regina op haar verheven troon in de hemel. Ze vertoonde kalmte en waardigheid. Wel deden de vele liefdesavonturen van haar echtgenoot haar vlammen van jaloezie en haar wraak op zijn minnaressen of de bij hen verwekte bastaarden was hevig.
Andere bronnen verwijzen echter naar de eerste Romeinse consul, Lucius Junius Brutus (509 v.o.j.). Ook jaren werden toen aangeduid met de naam van degenen die in dat jaar consul was.
Munt van Lucius Roscius Fabatus met Iuno Sospita aan de voorkant en een meisje dat een rechtopstaande slang voedt[4]
Al sinds de twaalfde eeuw worden maanden gekoppeld aan de karakteristieke werkzaamheden die in dat seizoen op het land plaats vinden.
Zo staat juni in het teken van het maaien en hooien van weilanden en ook van Meikersen, waarvan de naam is ontleend aan de Engelse kersenvariëteit May Duke, al bekend uit 1778.
Wel een wat verwarrende naam voor juni fruit.
Tot Sint-Jan (24 juni) worden asperges gestoken.
Een oudere Nederlandse benaming voor juni was braakmaand: de maand waarin de braec, het omploegen van het bouwland, plaatsvond.
Sterrenbeeld Tweelingen — Gemini

In juni vallen de sterrenbeelden Tweelingen (21 mei–20 juni) en Kreeft (21 juni–22 juli). Het astrologisch teken Tweelingen wordt geassocieerd met het element lucht en de mannelijke, positieve tekens.
Tweelingen (Latijn gemini), het derde teken van de dierenriem, heeft twee opvallende sterren, Pollux en Castor.
Pollux (beta Geminorum), de helderste ster in het sterrenbeeld, is groter dan de Zon, met ongeveer 2 keer meer massa en een negen keer grotere straal. Pollux is de 17e helderste ster in de hemel en is met een afstand van 33,8 lichtjaar de dichtstbijzijnde oranje ster en reuzenster. Vanaf 1993 werd vermoed dat de ster een planeet heeft; dit werd in 2006 bevestigd.
Castor (alpha Geminorum) is een heldere, zesvoudige ster. Een dubbelster, of liever een meervoudige ster, waarbij een zestal sterren om een gemeenschappelijk zwaartepunt heen bewegen.
Mythologie[6]
Babylonië
De Babyloniërs beschouwden de twee sterren als de minder belangrijke goden Meslamtaea en Lugalima, respectievelijk ook Hij die uit de Onderwereld is opgestaan en Machtige Koning genoemd.
Aborigines
De Aborigines in Australië — die over een groot inzicht in de sterrenkunde beschikken — koppelen de twee sterren aan het verhaal van de tweelingbroers Wandjel en Joerra. In de hete zomer gingen ze op jacht naar de kangoeroe Poerra (de ster Capella). Zij doden Poerra en roosteren het sterrendier boven een vuur. De rook deed de lucht boven de hete zomervlakte trillen.
Grieks
Ook in de Griekse mythologie zijn Pollux (Polydeukes), de vuistvechter, en Castor, de paardenbedwinger, twee onafscheidelijke tweelingbroers.
Zij zijn bekend om meerdere heldendaden. Zo maakten zij deel uit van de vijftig Argonauten die Jason vergezelden op zijn gevaarlijke tocht naar Kolchis om het Gulden Vlies terug te halen. Tijdens die reis doodde Pollux koning Amykos van de Bebryken in een bokswedstrijd, en hing hem daarna op aan een boom. Ook namen ze deel aan Hercules’ strijd tegen de Amazonen.

Pollux en Castor zijn de tweelingzonen van Leda, de koningsdochter uit Aetolië, de echtgenote van de Spartaans koning Tyndareos.
Er zijn twee versies over het vaderschap.
De altijd weer snel verliefde oppergod Zeus liet zijn begerig oog op de lieftalige Leda vallen. Hij nam de gedaante aan van een zwaan en omsloot haar met zijn zwanenvleugels. Als gevolg van hun liefdesspel baarde Leda een zwanenei. Er zijn verschillende verhalen over welke kinderen daaruit kropen.
Was het ook Leda’s dochter Helena? De schoonste vrouw van de wereld, die geschaakt werd door Paris, de koningszoon uit Troje, met de Trojaanse oorlog tot gevolg. Met haar onaardse schoonheid moest ze wel van deels goddelijke oorsprong zijn.
Kwamen uit het zwanenei ook de Dioscuren, de tweelingbroers Pollux en Castor, beiden verwekt door Zeus? Of was alleen Pollux van half goddelijke oorsprong, terwijl de sterfelijke Castor de zoon was van Tyndareus, de echtgenoot van Leda?
Castor kwam helaas om het leven bij het schaken van de dochters van koning Leukippus van Messene kwam. Als antwoord op de smeekbede van de verscheurde Pollux verleent zijn vader Zeus de broers het voorrecht nooit van elkaar te worden gescheiden. Zij mochten samen afwisselend op de Olympus wonen of in de Onderwereld.
En op de smeekbede om Castor onsterfelijkheid te schenken, verenigde Zeus de broers gezamenlijk in de hemel in het sterrenbeeld Gemini.
Castor en Pollux waren ook weldoende genezers. Ze werden geassocieerd met het vuur van Sint-Elmus in hun rol als beschermers van zeelieden.
Zij waren vooral geliefd en vereerd bij de Romeinen, en daarvoor al bij de Etrusken, als Casur en Pultuce. De tempel uit 440–450 v.o.j bij Agrigento, op de zuidkust van Sicilië, was gewijd aan de Dioscuren. In de 6e eeuw werd dit een christelijke St Petrus en Pauluskerk.
Enkele jaarlijkse dagen uitgelicht
De meteorologische zomer
Op 1 juni begint de meteorologische zomer. De praktische indeling van het jaar in vier seizoenen van elk drie maanden maakten de meteorologen en weerkundigen om weergegevens gemakkelijker te kunnen vergelijken en patronen te analyseren.
In augustus duurt langzamerhand elke nacht 3 minuten langer; eind augustus is er al bijna twee uur minder daglicht, dus is er ’s nachts meer tijd om af te koelen en overdag korter tijd om zonenergie op te slaan in muren, grond en water.
De dag van de Oceanen
Verder dan alles is de zee.
Seneca
De sinds 2008 jaarlijks op 8 juni gevierde internationale Wereld Oceaan Dag vraagt aandacht voor het belang van de oceanen en om acties om deze te beschermen.[18] Dit is steeds meer hard nodig.
Meer dan driekwart van het aardoppervlak is bedekt met water. Hiervan vormen de oceanen en zeeën 72%, 50% daarvan is volle zee.
Als we de oceaan redden, dan redden we de planeet.
David Attenborough (2025)
De termen oceaan en zee worden veelal als synoniemen gebruikt. Een oceaan is een buitengemeen grote watermassa, tot kilometers diep. Het oppervlak van de Stille Oceaan is groter dan dat van alle continenten tezamen. Er zijn geen grenzen, alle oceanen zijn met elkaar verbonden. Een zee is een stuk kleiner, minder diep, en staat in verbinding met een oceaan.
De oceanen zijn de longen van de wereld.
De oceanen nemen ruim een kwart van alle koolstofemissies op, en ongeveer 90% van de extra warmte veroorzaakt door de uitstoot van broeikasgassen. Oceanen leveren de helft van alle zuurstof op aarde. De wereldzeeën hebben ook een enorme economische betekenis. De aan de oceaan gerelateerde industrie levert jaarlijks ruim 2.500 miljard dollar, ruim drie miljard mensen zijn voor hun voedselvoorziening afhankelijk van de oceaan.
Volgens de bijbel (Genesis) kwam op de tweede scheppingsdag een scheiding tussen de wateren. Een deel van het water werd in de lucht geplaatst als wolken en de hemel, het andere bleef op aarde bleef als oceanen. Wetenschappers stellen dat toen de aarde af ging koelen de waterdamp condenseerde tot regenwolken; het ging regenen. Langzaam vormde zich poelen, en bijna 1 miljard jaar later ontstonden er oceanen. De schatting is dat ze ongeveer 3,8 miljard jaar oud zijn.
Over de tijden heen is ondenkbaar veel veranderd. Al sinds de vroegste oertijden is de aardkorst een dynamisch systeem, waardoor de continenten (platen) naar verre andere plekken dreven (de continental drift) en oceanen op heel andere plekken lagen. Zo bevond zich 70 tot 66 miljoen jaar geleden op de plek van het huidige Zuid-Limburg een warme, ondiepe zee. De overblijfselen van miljarden kleine mariene organismen wordt nu teruggevonden als het Maastrichtse krijt (Maastrichtien). Er leefden ook zee-reptielen, de Mosasaurus.
Kustlijnen zijn extreem gewijzigd. Door een wisselend zeeniveau kon de wereld overstromen, of grote stukken vielen droog. Rond 25.000 jaar geleden tijdens het pleistoceen was in de Beringstraat het zeeniveau zo laag dat er meerdere keren een landbrug verscheen tussen het huidige Alaska en oostelijk Siberië. Lang zat het hedendaagse Engeland vast aan Europa, tot aan het einde van de ijstijd de zee sterk steeg en de Noordzee weer volstroomde.
Tot duizend jaar geleden overspoelde de zee regelmatig grote delen van Friesland en Groningen, de bewoners leefden op terpen, de Wadden zagen er heel anders uit. Door inpolderen en stijgen van de bodem is het landschap sterk gewijzigd, zeker ook in Noord-en Zuid-Holland.
De eindeloze zee is een wieg genoemd en een graf, de oerbron van het leven en brenger van de dood, weldoener en vijand.
Al in verre oertijden trotseerde de mens de riskante zeeën op zoek naar voedsel; later mede voor handel, transport en migratie, voor veroveringen en oorlogsvoering. De afgelegde afstanden werden groter, hoewel de zeelieden de kust zelden uit het oog verloren.
Zee mythologie
De mythologie van de zee weerspiegelt aan hoe belangrijk de zee altijd is geweest voor de mens. Wereldwijd spreekt uit oeroude verhalen over zeegoden, sirenen en monsters de angst voor levensgevaarlijke stromingen; het ontzag voor de verraderlijk kalme zeespiegel, die onverwacht kon veranderen in een gevaarlijk kolkende massa.

Zo bracht de Griekse god Poseidon in een vlaag van boosheid met zijn magische drietand de golven fel in beweging. In een goede bui streek hij ze glad tot een turquoise spiegel om te berijden in zijn gouden rijtuig. De goden van de grimmige Atlantische Oceaan Aegir en zijn gevreesde vrouw Ran zijn krachtig en kwaadwillig.
Twee verlokkelijke sirenen maakten met hun gezang Odysseus stapeldol; gelukkig stond hij stevig aan de mast vastgebonden. Zijn bemanning, doof door bijenwas in hun oren, roeide onverstoorbaar door.

Op zijn tienjarige zwerftocht wist Odysseus in een nauwe zeestraat te laveren tussen de dreigende dodelijke draaikolken van Charybdis en het zeskoppige monster Scylla. Zij wist met haar zes muilen zes schepelingen te verzwelgen, de rest ontkwam.
De immense zeeslang Leviathan (Job 26:13, Bijbel) veroorzaakte gevaarlijke draaikolken. Hij komt al voor in de oeroude Fenicische mythologie als Kanaän; hij werd daar beschouwd als de koning van de vissen. De sterke stroming bij de Noorse Lofoten archipel werd aangedikt tot het angstverhaal over het monster Maelstrom. Beschreven door Edgar Allan Poe in A descent to the Maelström (1841). Horrorverhalen van Plinius de Jongere (1e eeuw o.j.) en bisschop Olaus Magnus (1555) beschreven hoe monstrueuze octopussen met hun ellenlange krachtige tentakels schepen naar de bodem trokken, en reuze kreeften arme zeelui over boord sleurden.

Het ergste monster was de Kraken van de kusten van Noorwegen en Groenland, het mythische zeedier met enorme afmetingen. Bezongen in een sonnet door lord Alfred Tennyson in 1830. Jules Verne beschreef in 20.000 mijlen onder zee uit 1870 een expeditie om het vreselijke monster te vernietigen.
Tot in de 18e eeuw werd voor de monsters van de zee gewaarschuwd in bloedstillende Bestiaria. Mogelijk gebaseerd op ware confrontaties van de toen nog kleine schepen met grote octopussen of enorme walvissen. Herman Melville’s klassieker Moby Dick uit 1851 berustte deels op zijn ervaringen tijdens vier jaar meevaren op een walvisschip.
Het wijdverspreide ontzag resulteerde in offers aan de zee. Zeelui schonken brood en zout; oorlogsschepen offerden kisten vol gouden munten. Herodotus beschreef in 484 v.o.j echter hoe de Perzische prins Xerxes de zee provoceerde door het oppervlak te straffen met zweepslagen nadat zijn schepen waren vernietigd bij de zeeslag bij Salamis.

Naast alle gruwelverhalen zijn er ook talloze mythen over vriendelijke zeewezens als zeemeerminnen en de zeldzamere zeemeermannen. De tragische Kleine Zeemeermin van H.C. Andersen (1837) verliet uit liefde voor een prins de zee, hoe pijnlijk ook het verlies van haar stem en het veranderen van haar vissenstaart in meisjes benen en voeten was.
En dan zijn er verdronken plaatsen waarvan af en toe nog de kerkklokken te horen zijn, zoals bij de Orkney eilanden of de Ierse Westkust. Het mythische Zweedse eiland Gummer’s Ore verschijnt om weer te verdwijnen. In Niels Holgersson’s wonderbare reis van de Zweedse Selma Lagerlöf (1906) bezoekt de klein getoverde Niels de verzwolgen middeleeuwse stad Vineta die eens per honderd jaar een uur oprijst uit de zee. Helaas had hij zelfs geen penny bij zich om wat ook voor kostbaars te kopen, wat de verdoemenis zou hebben opgeheven.
Plato noemde als eerste de verdwenen eilandengroep Atlantis, naar verluid door een grootschalige catastrofe rond 9600 v.o.j. plotseling verdwenen.
Kennis over de wereldzeeën
Al in de late Steentijd was er kennis over de verre hemellichamen; recenter stond de mens op de maan. De hoogste bergtoppen werden beklommen, de diepste jungles doorkruist, en alle oceanen en zeeën in kaart gebracht. Hiermee is slechts het oppervlak van de oceanen beschreven. Onze verkenning van de intrigerende mysteries onder de zeespiegel verkeert nog in een beginfase, meer dan 80% is nog niet onderzocht.
Er zijn namelijk grote fysische problemen te overwinnen bij het steeds dieper willen afdalen. Naast de constante behoefte aan zuurstof, is er het uiteindelijk totaal verdwijnen van het licht, en de toenemende koude. Daarbij de toename van de druk, die de terugkeer naar het zeeoppervlak levensgevaarlijk maakt.
De caissonziekte — Tijdens diep duiken lost stikstofgas op in het bloed en de lichaamsweefsels; hoe dieper, hoe sneller. Vanaf 30 m neemt het gevaar snel toe. Een duiker kan daarom niet te lang beneden blijven en moet bij het terugkeren naar normale druk vooral langzaam stijgen, met tussenstops, zodat de stikstof die weer vrijkomt via de longen kan worden afgevoerd. Een goed duikhorloge en het gebruik van diepte/tijd tabellen zijn essentieel. Er moet worden voorkomen dat door te snel stijgen de stikstof belletjes vormt in de bloedvaten (embolie). Bellen in de hersenen kunnen verlammingen geven, ja dodelijk zijn. De steeds geavanceerdere duikapparatuur maakt het nu mogelijk dat duikers met een verplicht duikbrevet steeds dieper gaan.
Noten
[1] Bron: Les Très Riches Heures du duc de Berry, juni — Gebroeders Van Lymborch (1411-1416). De miniatuur
verbeeldt het hooien, de belangrijkste agrarische activiteit in deze tijd van het jaar. Drie mannen zeisen het gras. Twee vrouwen harken het gras met houten hark bijeen en maken er met een houten hooivork oppers van. De locaties is aan de oevers van de Seine — in een veld op de plek van het Hôtel de Nesle — de toenmalige Parijse residentie van de duc de Berry. De beroemde boekenverzameling van de duc de Berry was hier ondergebracht.
[2] Bron: Prairial, weidemaand, was de negende maand van de Franse republikeinse kalender — Tresca, Salvatore (graveur), Louis Lafitte (dessinateur du modèle, 1770-1828); allégorie pour le mois de Prairial, Domaine public français, bibliothèque nationale & Bureau des Longitudes.
[3] Bron: Hoofd van Juno van een onbekende beeldhouwer — foto Osama Shukir Muhammed Amin FRCP (Glasg).
[4] Bron: Munt van Lucius Roscius Fabatus met Iuno Sospita.
[5] Bron: celestial map of the constellation Gemini, the Twins (2003) — Torsten Bronger GNU Free Documentation License
[6] Alexander Eliot (1997) Mythen van de Mensheid. Amsterdam: Kosmos.
Adelaide van Reeth (1993) Encyclopedie van de Mythologie. Baarn: Tirion.
[7] Bron: Leda en de zwaan (1530) — Michelangelo, kopie naar een verloren gegaan schilderij, National Gallery, Londen
[8] Bron: Castor en Pollux (3e eeuw) — kunstenaar onbekend, foto Ad Meskens, Metropolitan Museum of Art, New York
[9] Bron: Tweelingen (830 circa 840) — Aratus (315-240 v.o.j.) Uit: Leidse Aratea, Karolingisch handschrift, studie met een beschrijving en afbeeldingen van alle behandelde sterrenbeelden, Universiteitsbibliotheek Leiden, Fol. 16v Gemini
[10] Bron: Gemini (1320) — kunstenaar onbekend, afbeelding uit de Tripartite Mahzor, Kaufmann Collections; opmerkelijk met hondenkoppen
[11] Bron: The ‘De Grey’ Hours (circa 1390) — kunstenaar onbekend, getijdenboek waarschijnlijk gemaakt voor de familie De Grey of Ruthin, National Library of Wales
[12] Bron: Gemini (c. 1440-1450) — Book of Hours, the Fastolf Master, Bodleian Library, Oxford C.160. MS. Auct. D. inf.2, 11, fol 5r
[13] Bron: Tweelingen (15 september 1500) — drukkerij Wolfgang Hopyl, Ghetyden van onser liever vrouwen, Koninklijke Bibliotheek, KW 172 C 21
[14] Bron: Gemini, The Twins (1411) — foto wellcomeimages.org/indexplus/image/L0040144, detail van de horoscoop uit ‘The book of birth of Iskandar’, gemaakt in Shiraz, Iran
[15] Bron: Gemini and Canis Minor (1728) — John Flamsteed, celestial atlas
[16] Bron: Castor en Pollux (1788-1789) — Joseph Nollekens, foto ketrin1407, V&A museum, Londen
[17] Bron: Gemini (1822) — Alexander Jamieson
[18] David Attenborough en Colin Butfield 2025 Oceaan 2025 Luitingh-Sijthof; Machteld Roede De oceanen en de mens (nog in concept).
[19] Bron: Poseidon met drietand (550–525 v.o.j.) — kunstenaar onbekend, Korinthisch terracotta tablet, Penteskouphia, Musée du Louvre
[20] Bron: Odysseus tegenover Scylla en Charybdis (1794-1796) — Henry Fuseli, Aargauer Kunsthaus
[21] Bron: Kraken in 20.000 mijlen onder zee (1870) — Alphonse de Neuville en Édouard Riou, Uit: Hetzel edition of 20000 Lieues Sous les Mers, p. 400
[22] Bron: De Kleine Zeemeermin (1913) — foto Avda-berlin, haven Kopenhagen