IJsland, land van ijs en vuur 1

0

Marie-Claire Marx

IJsland is een eiland van vulkanen, geothermische energie, gletsjers, rivieren, watervallen en meren en honderdduizenden vogels
Reisverslag, juli 2015
Deel 1, deel 2, deel 3, deel 4

Met de boot naar IJsland vanuit Hirtshals, Denemarken

In de 9e eeuw kwam de eerste Viking uit Noorwegen aan op de kust van IJsland.

De eerste bewoners van IJsland waren Ierse monniken die op het eind van de 8e eeuw zich op IJsland vestigden om er een vroom en vredig leven te leiden. Zij vluchtten weg toen de Vikings arriveerden.

In de zomer van 2015 maakten wij met eigen auto de overtocht naar IJsland.
Zoals de Vikings zouden wij met de boot naar IJsland varen.

Met de Smyril Line die vanuit Hirtshals, Denemarken, vertrekt, vaart men in 2 dagen naar Seydisfjördur, een kleine stad van 700 inwoners in het oosten van IJsland, te bereiken via een 16 km lange fjord die omgeven is door hoge, steile vulkanische bergen. Het is een vissershaven met vooral verwerking van haring.

Om tijdig bij de boot in Denemarken te zijn voor de afvaart naar IJsland op 14 juli, vertrokken wij twee dagen eerder vanuit België. Na een rit van 645 km arriveerden wij in het hotel aan de rand van de stad Neumünster, niet ver van Hamburg. Het had vrijwel de hele dag geregend maar het was inmiddels opgeklaard. Met honderden kropen de naaktslakken vanuit het groen van de bermen over het pad dat wij volgden van het hotel naar een Sloveens restaurant. Voor de naaktslakken was het feest.

Na een goed ontbijt de volgende ochtend werden wij in de havenstad Hamburg opgehouden omdat wij omgeleid werden om de brede Elbe over te steken. Er was veel containeroverslag in de haven van Hamburg. Het was droog en zonnig wat het rijden aangenamer maakte.

Na een vlotte reis arriveerden wij in de vroege namiddag in Hirtshals waar het motel nog niet open bleek te zijn om de talrijke gasten te ontvangen. Wij namen onze intrek dichtbij de haven in het groots opgezet Motel Nordsøen, speciaal uitgerust om gasten voor IJsland te ontvangen. In Hirsthals is weinig te beleven. Na een wandeling aten wij in het restaurant van Saga Hotel.

‘s Anderendaags (14 juli 2015) vertrok de boot om 11:30 a.m. Het was die dag droog en zonnig met een zeebries. Van de passagiers werd verwacht dat zij enkele uren voor vertrek van de boot aanschoven om in te schepen. Alleen de chauffeurs bleven in de auto’s om deze in het ruim te parkeren. De medepassagiers verzamelden zich in een wachtzaal tot het sein gegeven werd in te schepen.

Op de heenweg kregen wij een hut op de 8e verdieping van de boot, de hoogste verdieping voor de hutten. Op ons verzoek hadden wij een kajuit zonder patrijspoort, zodat wij geen last van het licht zouden hebben. Immers, hoe verder wij naar het Noorden voeren, hoe langer het licht zou blijven. Vanuit de auto mocht enkel een klein koffertje meegenomen worden naar de kajuit.

Boot met allerhande faciliteiten

De boot had vele faciliteiten. Op het bovendek was er ruimte voor het landen van een helikopter in geval van nood. Er was een ruim bovendek met zicht op zee voor kijklustigen. Van deze ruimte werd veelvuldig gebruik gemaakt bij het binnenvaren van de haven Tórshavn bij de Faeröer eilanden en de haven van IJsland in Seydisfjördur.

Warme jacuzzi’s waar men gebruik van kon maken stonden op het dek. Er was een rookgelegenheid en een winkel waarin men naast souvenirs mondvoorraad en drank kon kopen. Overdag waren de bars met uitzicht op de eindeloze zee erg in trek. Tafels en stoelen waren vastgemaakt aan de vloer. Met dikke boeken hadden wij ons bij een raam geïnstalleerd. Voor de reis had ik Edge of Eternity van Ken Follet meegenomen.

Het ontbijt was erg uitgebreid en smakelijk. Tijdens het heerlijk ontbijt op 15 juli maakten wij kennis met de Minister van Gezondheid van de Faeröer Eilanden. De inwoners van de 18 eilanden leven vooral van visvangst en landbouw. Wij voeren op dat ogenblik langs de Shetland Eilanden die tot Groot-Brittannië horen, waarvan de inwoners leven van visvangst en olie. Voor ‘s middags en ‘s avonds waren er diverse voortreffelijke restaurants.

Er was entertainment voorzien zoals filmzalen. In het benedenruimte waren een zwembad en een sauna. Hiervan werd vooral door volwassenen gebruik gemaakt. Het varen van de boot veroorzaakte golfslag in het water. Om die reden was het strikt verboden om van de zijkant in het water te springen wat jammer was voor kinderen. Er werd streng toezicht gehouden op het naleven van de regels. Het was heerlijk zwemmen in het eerder kleine zwembad.

Voor de kinderen waren andere activiteiten voorzien zoals tekenen en knutselen.

Tórshavn van de Faeröer Eilanden

Die dag voeren wij rond 5:30 p.m. Tórshavn van de Faeröer Eilanden binnen. Sommige opvarenden gingen van boord in de haven Tórshavn, anderen kwamen aan boord van de Smyril Line.
Het merkwaardige is dat de daken van de huizen begroeid zijn met gras en mossen als bescherming tegen de koude. Soms grazen geiten op de daken. Er waren vele kijklustigen die een glimp van de Faeröer eilanden vanaf het bovendek van de Smyril Line wilden opvangen. Bovendien zagen wij een cruiseschip met zeer veel mensen aan boord dat afgemeerd lag bij de eilanden.
Na een oponthoud van ongeveer een uur klonk het Deens volkslied, teken dat de boot de haven verliet.

‘s Anderendaags werden wij vroeg gewekt want alle kajuiten moesten verlaten zijn twee uur voor aankomst om 8:30 a.m. Omdat IJsland lage temperaturen kent gezien zijn noordelijke ligging was het de bedoeling ons warm aan te kleden voor het verlaten van de boot. Helaas was er iets mis gegaan in de sportwinkel waar ik een warme broek had gekocht. Een broekspijp bleek dicht gestikt te zijn bij de retouche.

Er was een rush op het restaurant om te genieten van het ontbijt. Het was er erg druk zodat er nauwelijks een zitplaats te vinden was. Er waren veel Duitsers aan boord die wedijverden in omvang, veel te zwaar! Vanuit het restaurant zagen wij de klifrotsen van de fjord die 16 km lang is.We voeren Seydisfjördur binnen

Uiteindelijk werd het sein gegeven om naar de auto’s te gaan die dicht op elkaar stonden wat het instappen bemoeilijkte. Het wachten tot wij de boot mochten verlaten, leek eindeloos. Er was geen paspoortcontrole. IJsland behoort tot Europa. Wel werden de nummerborden van de auto’s genoteerd.

IJsland geografisch

IJsland is een eilandstaat gelegen ten noordwesten van het vasteland Europa. In 1814 werd IJsland Deens maar IJsland werd in 1918 een volledig soevereine staat onder het gezag van de Deense koning. Het eiland werd op 17 juni 1944 een onafhankelijke Republiek.

IJsland is een groot eiland net onder de noordpoolcirkel gelegen. Het eiland met een oppervlakte van 103.000 km² telde ongeveer 325.000 inwoners in 2015. Op 1 januari 2020 werden 364.134 inwoners geregistreerd. IJsland is het dunst bevolkte land van Europa. Het eiland IJsland komt slechts op de 18e plaats qua grootte. Het grootste eiland ter wereld is Groenland (behorend tot Denemarken), gelegen in de Noordelijke IJszee, met een oppervlakte van 2.130.800 km².

IJsland wordt in het zuiden begrensd door de Atlantische Oceaan, in het westen door de Straat van Denemarken en de Groenlandzee, in het noorden door de Noordelijke IJszee. Het noordoosten van IJsland ligt net onder de noordpoolcirkel met uitzondering van het eiland Grimsey waar de poolcirkel over loopt.

Klimaat

Hoewel IJsland aan de rand van de poolcirkel ligt, is het klimaat verrassend mild voor grote delen van het eiland. Het koude poolwater bereikt de kusten van IJsland niet omdat de warme Golfstroom langs de zuidkust stroomt en ten westen en ten noorden van het eiland verder stroomt. Samen met een overheersende zuidwesten wind tempert de Irmingerstroom het IJslands klimaat en brengt warm water en warme lucht aan vanuit de Golf van Mexico. Vooral het zuiden en westen van het eiland hebben hierdoor een vrij mild klimaat. Het klimaat van het noorden en oosten van het eiland wordt beïnvloed door de koude Oost-Groenlandstroom.

De hoofdstad Reykjavik, gelegen in het ZW van het land, is de meest noordelijk gelegen hoofdstad, net ten zuiden van de poolcirkel op 64°08’ NB.

Het eiland is vrij jong. Het is geologisch ongeveer 20 miljoen jaar geleden ontstaan door vulkanische activiteit in de Atlantische Oceaan, door vulkaanuitbarstingen op de oceaanbodem. Het eiland is hoofdzakelijk opgebouwd uit vulkanisch materiaal en gesteente, meestal basalt.

Midden-Atlantische rug

IJsland ligt op de Midden-Atlantische rug, het scheidingsgebied van een aantal tektoniekplaten die langzaam uit elkaar drijven, the Eurasian Plate and the North American Plate. Hierdoor ligt IJsland eigenlijk op twee continenten.
De Midden-Atlantische rug is een onderzeese bergketen met een sterk reliëf die over de bodem van de Atlantische Oceaan van noord naar zuid loopt, ongeveer halverwege de continenten.

Doordat de tektoniekplaten langzaam uit elkaar drijven (2 cm per jaar), krijgt het onderliggende magma de kans naar de oppervlakte te komen en de scheuren op te vullen. Door de immer voortdurende beweging van de platen wordt IJsland steeds groter en zijn er op dit ogenblik meerdere breuklijnen waarop vulkanische activiteit voorkomt.

Hotspot

Bovendien ligt een “hotspot” onder het ZO van IJsland. Een hotspot is een gebied met bovennormale magmaproductie die niets te maken heeft met de Midden-Atlantische rug. Het magma van de hotspot en de Midden-Atlantische rug staan niet met elkaar in verbinding. De samenstelling van het magma is verschillend. Het magma van de hotspot komt van veel dieper uit de aarde, waarschijnlijk van 700 km diepte.

Hotspots komen op meerdere plaatsen op aarde voor.

De berglandschappen, de zwarte lavavelden, de geothermische activiteit en geisers zijn het resultaat van het samenspel van vulkanische activiteit en natuurlijke elementen.
IJsland wordt nog steeds gemaakt en gevormd: de aarde hoest, boert en braakt op vele plaatsen.

Vulkanen

Met ongeveer 200 vulkanen is IJsland een van de meest vulkanische gebieden ter wereld. Regelmatig komt een vulkaanuitbarsting voor op het eiland. Wie herinnert zich niet de vulkaanuitbarsting onder de gletsjer Eyjafjallajökull op 14 april 2010? Door een vulkanische wolk van as tot meer dan 8 km hoogte werd het Europese vliegverkeer verstoort.

Op 20 maart dit jaar (2021) is de vulkaan Fagradalsfjall, dichtbij de hoofdstad Reykjavik op het schiereiland Reykjanes, na ongeveer 6000 jaar voor het eerst opnieuw uitgebarsten.
De gloeiende lavastroom die uit de vulkaan stroomt trekt vele kijklustigen.

De vulkaanuitbarsting die jaren kan aanhouden maar ook snel kan stoppen, wordt gezien als een toeristische attractie.

Aankomst in Seydisfjördur op 16 juli 2015

 

Na twee dagen varen arriveerden wij ‘s morgens rond 8:30 a.m. op IJsland. Voor ons vertrek hadden wij warme kleding aangeschaft. Helaas bleek een broekspijp van mijn broek dicht gestikt te zijn zodat ik geen warme kleding had om de boot te verlaten.

Bij aankomst in Seydisfjördur was het zeer mistig en was het nauwelijks 3°C. Het zicht was erg beperkt maar toch waren de vele kleine stroompjes te zien die van de hoge vulkanische rotsen naar beneden kwamen. Langs de smalle weg naar Egilsstadir lagen sneeuw en ijs. Op de hellingen graasden schapen.

Inmiddels was de mist opgetrokken. Buiten Egilsstadir op weg naar Bakkagerdi vielen de velden wilde paarswit lupinen en de dwergbomen op.

 De geasfalteerde weg ging regelmatig over in een vrij goede grindweg.
“Blind Eye” zouden wij vaak zien op de borden langs de wegen. Hiermee werd aangegeven dat men niet over de top van de helling het verkeer kon zien aankomen.

Het monster Naddi

We reden door het gebied Screes of Njardvík, een berggebied met veel steenslag. IJsland is bekend om zijn mooie natuur, vulkanen, geisers en gletsjers maar minder om de aparte en soms griezelige folklore die in sagen trollen, elven, feeën en geesten tot leven laten komen.

Trol is een mythologische benaming die oorspronkelijk uit Noord-Europa komt. Trollen zijn in de Scandinavische folklore aparte reusachtige lelijke en onvriendelijke bovennatuurlijke wezens die mensen konden opeten.

Volksverhalen worden al sinds de 12de eeuw van generatie op generatie doorverteld. De wilde natuur is in IJsland altijd onherbergzaam geweest vooral in de wintermaanden wanneer het slechts een paar uur licht is per dag.

De fantastische verhalen moesten IJslandse kinderen leren hoe ze in een onverbiddelijke natuurlijke omgeving konden overleven.

Sagen komen vrijwel in ieder gebied van IJsland voor. Zo ook in de Screes of Njardvík op onze weg naar Bakkagerdi.
Voor 1949 kon men enkel te voet of per paard door het gebied van Njardvík naar Borgarfjördur Eystri (haven aan zee) trekken omdat er geen gebaande weg was. Het berggebied met steenslag was zeer gevaarlijk, vooral in wintertijd, omwille van steenslag en modderstromen bij hevige regens.

Volgens de sage leefde hier een monster, half-mens (bovenkant) en half-dier (onderkant). Het monster Naddi woonde in een bergkloof en viel bij avond en nacht mensen aan die door het monster in de val gelokt werden en meestal gedood werden. Uiteindelijk werd Naddi door een onverschrokken boer, Jon Bjarnarson, in een zwaar gevecht op leven en dood verslagen. Naddi viel in zee en werd nooit meer gezien. De boer had zware verwondingen maar overleefde de aanval.

Op de plaats van de strijd richtte de boer ca 1306 een houten kruis op met als Latijnse tekst: Effigiem Christi qui transis pronus honara : anno MCCCVI

Vrij vertaald in het Engels: You who pass through here, fall down on your knees in front of the cross on this spot and humbly show the sign of Christ reverence.

Het houten kruis werd door de eeuwen heen in ere gehouden. Er staat nog steeds een houten kruis.

In onze jeugd lazen wij de verhalen van de Duitse gebroeders Jacob en Wilhelm Grimm en de Deen Hans Christian Andersen die hun sprookjes in de 19de eeuw schreven. Wij verslonden de boeken met griezelige verhalen. Wie kent niet de boeken van Roald Dalh die in Zuid-Wales geboren werd in het begin van de 20ste eeuw?

Vogels spotten en genieten van de natuur

Papegaaiduikers

Voor vogelliefhebbers is IJsland een waar paradijs. In het noordoosten, Bakkagerdi, zijn er rotsen die een toeristische attractie zijn door de kolonies papegaaiduikers (Puffin) die tot de familie van alken behoren.
Papegaaiduikers leven op zee en voeden zich met vis. Op IJsland wordt gejaagd op de vogels en opgediend (een ware delicatesse op IJsland) in restaurants waardoor de papegaaiduikers behoren tot de bedreigde diersoorten. Vanaf het 5e levensjaar broeden papegaaiduikers. Enkel in de broedperiode van mei tot augustus komen de vogels aan land om in kolonies op hoge kliffen te broeden. Het ouderpaar brengt een kuiken groot. Tijdens het broedseizoen hebben de vogels een felgekleurde snavel.

In Bakkagerdi nestelen ieder jaar ongeveer 10.000 paar papegaaiduikers.
Op de kliffen broeden in de nabijheid van de papegaaiduikers veel meeuwen. Deze vogels lusten graag een jonge papegaaiduiker.
Er is een vogel uitkijkpunt gebouwd zodat toeristen gemakkelijk vogels kunnen spotten.

In de omgeving van Egilsstadir is er een mooie wandeling uitgezet door een bos met dwergberken, in de nabijheid van de Eyvindara rivier met watervallen. Als onder begroeiing waren er bosbessenstruiken en paarsbloeiende geraniums. Er was een openlucht theater en een speelterrein.

Bloemen vallen op in het land. Grote lavavelden zijn bedekt met wilde paarse lupinen. Overal op de rotsen groeien naast mossen en korstmossen kleine, kleurige bloemen. In aangelegde parken zoals in Akureyri en Reykjavik zijn de bloemen een lust voor het oog.

Bij terugkeer in Egilsstadir gingen wij naar het gereserveerde hotel en deden wij nadien inkopen in een warenhuis. De IJslandse skyr (soort magere kwark), een melkproduct door de Vikingen uit Noorwegen ingevoerd tijdens de kolonisatie van het eiland, is erg lekker. De IJslandse skyr in België verkocht is er niet mee te vergelijken.
Wij hadden altijd mondvoorraad en drinken in de auto want tijdens de rondritten was het niet zeker ‘s middags een restaurant te vinden.

Terug in het hotel aten wij heerlijke vis in het restaurant van het hotel.

De nacht was heel helder want de zon gaat in de zomer vrijwel niet onder op IJsland. Het was bijna 24 uur op 24 uur licht.

Ringweg en kustweg

Van Egilsstadir naar Skútustadir aan het Mývatn Meer of Muggenmeer

Op 17 juli vertrokken wij na een smakelijk ontbijt via de ringweg richting Akureyri.
Het was erg fris, 5° à 8°C, en er stond een felle wind.
Wij reden die dag tot Skútustadir aan het Mývatn meer gelegen waar wij twee nachten logeerden in hotel Gigur.
Onderweg stopten wij bij een waterval en klommen wij vrij hoog op een steile helling om de waterval van dichtbij te kunnen zien.

Wij volgden een piste om naar de hoogst gelegen boerderij in bedrijf, Modrudalur, te gaan kijken. Vroeger lag de boerderij aan de hoofdweg maar sinds de verplaatsing van de ringweg is de boerderij enkel via een piste te bereiken. De boerderij ligt 469 m boven zeeniveau en is een typisch IJslands turfhuis met graszoden op de daken van de gebouwen. De boerderij is een van de oudste gebouwen van IJsland. Er is een uitbreiding met restaurant waar heerlijke koffie geserveerd werd. Toiletten zijn overal gratis te bezoeken.

Naast de boerderij was in 1949 een mooi kerkje gebouwd in opdracht van de toenmalige boer na het overlijden van zijn vrouw.

Watervallen

Wij reden terug naar de ringweg om even later af te draaien naar Dettifoss en Selfoss.

Rivieren en watervallen zijn niet weg te denken. In het NO van het land liggen de watervallen Dettifoss en Selfoss die te bereiken zijn via een piste die vooral bij bruggen erg slecht is door soms diepe gaten in het wegdek.
De rit van 40 minuten over een slechte piste wordt beloond met prachtige watervallen gevormd door de woeste gletsjerrivier Jökulsa à Fjöllum (206 km lang) die als oorsprong Vatnajökull gletsjer heeft.

Met een hoogte van 44 m en een breedte van 100 m is Dettifoss met hoog opspattend water zonder twijfel de meest indrukwekkende waterval van Europa en door zijn debiet (193 m3/sec) de grootste van Europa.

Het zicht op de canyon van de gletsjerrivier is adembenemend. De canyon is een miniatuurversie van de Grand Canyon in de staat Arizona (US). Via een rotsstenentrap van wel 100 treden daalt men af naar de waterval.
Het pad naar de waterval is moeilijk te bewandelen wat goed gemaakt wordt door de waterval en het mooie zicht op de canyon.

Om de Selfoss waterval stroomopwaarts te bereiken is het een moeilijke wandeling over 1,5 km met klimmen en dalen over rotsen. Met een hoogte van 11 m en een breedte van 100 m is de Selfoss indrukwekkend. Het water lijkt over meters uit de rotswand te stromen.

Na een wandeling van ruim twee uur reden wij van de parking terug naar de ringweg over dezelfde piste.

Avatar foto

Schrijven vond ik altijd fijn. Het begon met lange brieven naar kinderen en familie. Onze kinderen studeerden in Nederland toen wij in de diverse landen woonden. Vooral vanuit Madagaskar was communicatie erg moeilijk. De brieven groeiden uit tot artikels die ik niet enkel naar familie stuurde maar ook naar goede vrienden en naar Paridaens. Sommige artikels zijn gepubliceerd in de info van de school. Het blad verschijnt niet meer. En nu komen diverse van die artikels op het Wijsheidsweb terecht!