Marie-Claire Marx, tekst en foto’s
Reisverslag, 19 oktober–3 november 2001
Japan 1 ― Japan 2 ― Japan 3 ― Japan 4 ― Japan 5
Tokyo en omgeving
Het Keizerlijk paleis op het eiland Honshu
In het stadscentrum van Tokyo, in de wijk Chiyoda, ligt het keizerlijk paleis. Het is met zijn tuinen adembenemend om te zien. Het werd pas de verblijfplaats van de keizerlijke familie in de 19e eeuw na de Meiji-restauratie en het afzetten van de shogun (opperbevelhebber) door keizer Meiji die het keizerlijk hof verhuisde van Kyoto naar Tokyo.
In 1590 werd met de bouw van het Edo kasteel begonnen door de shogun. Het groeide in de Edo-periode (Edo was de naam van de huidige Japanse hoofdstad Tokyo tot aan de Meiji-restauratie in 1868) uit tot het grootste paleis ter wereld.
Het werd grotendeels verwoest door aardbevingen en bombardementen tijdens de 2e wereldoorlog. Alleen de binnenste ring staat nog overeind. Het paleis werd heropgebouwd in dezelfde stijl en in 1968 weer in gebruik genomen. De prachtige verblijfplaats van de Japanse keizer staat op de plek van het voormalige kasteel Edo.
Op 1 mei 2019 werd Naruhito de 126e keizer van Japan na de abdicatie van zijn vader, keizer Akihito.
Het Ueno park
De eerste dag van ons verblijf maakten wij een lange wandeling door een van de vijf oudste publieke parken van Japan. Het Ueno park dat gelegen is in Tokyo in de wijk Taito, is bekend om zijn pagodes en schrijnen, de grootste dierentuin van Tokyo met meer dan 400 diersoorten (panda’s sinds 2011), grote vijverpartijen met witte en roze lotusbloemen, en wandelpaden.
Meiji-restauratie
In het park staat het bronzen standbeeld van Takamori Saigo, samurai uit de 19e eeuw die leefde van 1828 tot 1877. Hij is afgebeeld met zijn jachthond. Hij werd de laatste samurai genoemd. Hij vervulde een belangrijke functie bij de Meiji-restauratie. Dankzij hem was er geen bloedvergieten.
Tijdens de Meiji-restauratie in 1867 werd door de politieke omwenteling het eind van de heerschappij van de Japanse krijgsadel ingeluid. De Meijiperiode opende de weg naar een radicale modernisering en verwestersing van Japan waarbij de oorspronkelijke macht van de Japanse keizer hersteld werd. De keizer kreeg een centrale positie als staatshoofd. Vooral samurai die hun posities verloren, waren het niet eens met alle veranderingen. Zij vonden dat Japan puur Japans moest blijven. Zij kwamen regelmatig in opstand tegen de nieuwe overheid en het leger.
In 1877 brak de Satsuma-opstand uit waarbij Saigo een groep opstandelingen leidde in een gevecht tegen de centrale overheid. De opstandelingen vochten om de rol van de samurai te behouden. Saigo kwam op het slagveld om het leven. Sommigen beweren dat hij seppuku, ceremoniële zelfmoord, pleegde. Hij zou ernstig verwond geraakt zijn op het slagveld waarna een bevriende luitenant hem onthoofdde (zoals voordien afgesproken was).
Het shinto schrijn Toshogu
Een bezienswaardigheid in het Ueno park is het shinto schrijn Toshogu waarin Tokugawa Ieyasu, stichter en eerste shogun (militair dictator) van het shogunaat Tokugawa van Japan, vereerd wordt onder de naam Tosho Dai Gongen (Gongen staat voor Boeddha).
Tokugawa Ieyasu was 60 jaar toen hij shogun werd. Na een korte regering werd hij opgevolgd door zijn zoon en nadien door zijn kleinzoon Tokugawa Iemitsu, een machtige shogun. Hij werd 73 jaar en stierf in 1616. De shoguns regeerden over Japan van 1603 tot aan de Meiji-restoratie in 1868.
Het shinto schrijn Toshogu in Tokyo werd opgericht in 1627 en werd nadien herhaaldelijk gerestaureerd. Opmerkelijk zijn de 50 bronzen lantaarns ― giften van de daimyo of feodale lords ― die naast het pad naar het schrijn staan. De naam van de gevers is op de lantaarns gegraveerd. De lantaarns dienden niet voor verlichtingsdoeleinden, maar voor zuivering en heilige vuren die nodig zijn bij het uitvoeren van religieuze ceremonies.
Daimyo Lords uit heel Japan boden deze lantaarns aan het heiligdom aan. De lantaarns worden aangeduid als National Treasures of Japan.
Het shinto schrijn maakte tot 1868 deel uit van de voormalige boeddhistische tempel Kan’ei-ji gesticht in 1625 die een vijf verdiepingen tellende pagode had. De tempel werd gebouwd ten NO van het Edokasteel om dit te behoeden tegen kwade geesten. De pagode van 36 m hoogte is een overblijfsel van de tempel.
De pagode die gelegen is in de Zoo, maakt deel uit van Japans cultureel patrimonium.
Rondom de tempel werden sierkersbomen geplant (sindsdien vervangen door jonge bomen) die met hun roze en witte bloesems ieder voorjaar (maart) meer dan 2 miljoen Japanners trekken die komen genieten van de pracht van de kersenbloesems.
Honderden bomen kleuren het Ueno park wit en roze in het voorjaar. Uitgebreide picknicks worden gehouden onder de Japanse sierkers, niet enkel gedurende de dag maar tot laat in de nacht (verlichting).
In het Ueno park liepen wij voorbij een totempaal die in 1964 door de Lions Club Tokyo geschonken was. Meerdere dieren zijn uitgebeeld op de totempaal.
Musea
Rond en in het park liggen veel musea zoals het Nationaal Museum van Westerse Kunst met beelden van Auguste Rodin en schilderijen van Claude Monet, Pierre-Auguste Renoir en andere impressionisten die hier permanent tentoongesteld zijn.
In de 20e eeuw werd dit museum gebouwd door de beroemde architect Le Corbusier.
Het museum staat op de werelderfgoedlijst van UNESCO en is een belangrijk cultureel bezit in Japan.
Daklozen
Japan heeft helaas ook daklozen die in het Ueno park blauwe tenten opgezet hebben. Het was aangrijpend daklozen te zien slapen op een bank in het park. Door verkoop van prullaria op matten uitgestald en het uitvoeren van akten zoals trommelen, proberen zij te overleven.
De Tsukiji-vismarkt
In Tokyo is een bezoek aan de vismarkt een must, een belevenis op zich. De Tsukiji-vismarkt is erg groot met aanvoer van vele soorten verse vis, vaak levend en zeevruchten. De verscheidenheid aan vis, schaal- en schelpdieren op deze markt, is niet te beschrijven. Wij keken onze ogen uit op de tonijnvissen die in Japan als ware lekkernij bestempeld worden en vaak verwerkt worden in sushi en sashimi, een rauw visgerecht. Vooral de blauwvistonijn uit de Atlantische Oceaan wordt gebruikt als sashimi.
De blauwvistonijn behoort tot de bedreigde vissoorten omdat er overbevissing was.
Blauwvistonijnen zijn reuzevissen die echter sterk in gewicht daalden door overbevissing. Vroeger kon een tonijn 700 kg halen. Nu wegen de meeste gevangen blauwvistonijnen niet meer dan 40 kg à 80 kg.
Naast verkoop van verse vis en zeevruchten is er een veiling. Tonijnen worden per opbod verkocht en zijn vaak ingevroren.
De vismarkt die officieel Tokyo Central Wholesale Market heet, werd te klein en was niet langer aangepast aan de huidige tijd. De vismarkt sloot op 6 oktober 2018 en werd verplaats naar Toyosu Market met dien verstande dat restaurants bleven evenals de verkoop van andere marktproducten.
Omdat wij bij ons eerste bezoek vrij laat aankwamen, misten wij de aanvoer van de vissen. Ons tweede bezoek aan de vismarkt was erg vroeg zodat wij de enorme tonijnen niet misten (na terugkeer uit Kyoto bezochten wij de vismarkt nogmaals).
Hoe heerlijk de zeevruchten zijn, hebben wij in restaurants kunnen proeven. Gezeten aan een bar genoten wij van sushi en sashimi gelegen op bordjes die als op een carrousel, een lopende band, voorbij kwamen. De prijs werd bepaald door het aantal bordjes. Groene thee, gedronken uit grote mokken, kon men gratis nemen aan de bar.
Toen wij later in Mombasa, Kenia, woonden, gingen wij iedere maand naar een Japans restaurant waar wij een boot bestelden die rijkelijk gevuld was met sushi en sashimi. Ons bezoek werd telkens aangekondigd door een gongslag.
Pracht en praal van Tokyo, tuinen en tempels
De Hamarikyu tuin
In de nabijheid van de Tsukiji-vismarkt ligt de Hamarikyu tuin, eens bezit van de shoguns. De tuin ligt in het centrum aan de baai van Tokyo en werd in 1946 opengesteld voor publiek. Het park is omgeven door een zeewatergracht.
Het is een prachtig park van schilderachtige schoonheid met een grote vijver, Shio-iri, met in het midden van de vijver een theehuis dat via drie bruggen te bereiken is. Hoge moderne gebouwen omringen het park van meer dan 250.000 m².
Wij staken met een ferry van het park over naar Asakusa waar wij in een restaurant genoten van sushi. Asakusa is vooral bekend om de boeddhistische tempel Sensoji.
De boeddhistische Sensoji tempel
Wij bezochten de Sensoji tempel gebouwd in de 7e eeuw ― de oudste en beroemdste boeddhistische tempel van Tokyo behorend tot de Tendai sekte ― die wij bereikten via de Nakamise Dori, een lange winkelstraat die overdekt is. Het dak van de straat kan open of dicht naargelang de weersomstandigheden.
De officiële naam van de Sensoji tempel is ‘Gouden Draak Berg’. Bij het passeren van de ‘Bliksempoort’ (ingang van de tempel) hangt een 500 kg zware lantaarn met daaronder een draak.
De tempel is gewijd aan Kannon Bosatsu, de godheid van medeleven in het boeddhisme. De tempel wordt zeer druk bezocht door toeristen maar ook door pelgrims om de boeddhistische godin Kannon[1] te aanbidden. Op jaarbasis zouden 30 miljoen mensen de tempel bezoeken.
Het tempelcomplex omvat niet enkel de tempel maar ook het shinto schrijn waar boeddhisten komen offeren en bidden. De vijf verdiepingen hoge pagode die naast de tempel staat is door zijn verlichting ’s nachts goed zichtbaar maar ook overdag door de weerkaatsing van de zon op het goud van de pagode (niet toegankelijk).
Een klein gouden beeld van Kannon zou in 628 door twee vissers gevonden zijn in de Sumida Rivier die door Tokyo stroomt.
Wierookdampen
Eens gereinigd steekt men als offerande aan de goden en de doden wierookstaven in een groot wierookvat in de vorm van een lotusbloem. Door het brengen van een geuroffer hopen de Japanners jaren te kunnen genieten van een goede gezondheid. Japanners geloven in de heilzame werking van de dampen. Vooral die lichaamsdelen die in minder goede conditie zijn, werden met de dampen ingesmeerd.
Er zijn slechts weinig Japanners die Engels of Frans spreken. Door tekens werd ons aangegeven wat wij moesten doen en zo waaiden wij de wierookdampen over hoofd, armen en benen, kortom over ons hele lichaam, in de hoop van een goede gezondheid te blijven genieten.
Bij sommige heiligdommen staan beelden die speciaal vereerd worden, omdat zij een geneeskrachtige werking zouden hebben. Een bronzen beeld had een glimmend hoofd en een glimmende knie door het veelvuldige wrijven over deze lichaamsdelen, waarna dezelfde handeling bij zichzelf toegepast werd.
Wij liepen door een mooie tuin met bronzen beelden. Opvallend waren de versierde beelden van de god Inari en van een moeder met gestorven kinderen. Kenmerkend zijn de rode slabben. Opmerkelijk was het grote Boeddhabeeld zittend op een lotus.
Harajuku, uitgaansbuurt voor jongeren
Op aanraden van onze vriend begaven wij ons naar het district Harajuku in Tokyo waar vooral tijdens weekends teenagers en jonge vrouwen zich verzamelen en opvallen door hun gedrag en hun kleding.
De jongeren waren zwaar geschminkt met vaak wit gemaakte gezichten zoals geisha’s, met piekende haren in alle kleuren van de regenboog en gekleed in de raarste modegrillen. Het was niet ongewoon jongeren uitgedost te zien in zeer kleurrijke kleding die erg modern aandeed. Zelfs trouwjurken werden vertoond.
Was het een reactie op het overgeorganiseerd leven van de Japanse families? Dit jonge publiek trok heel wat kijklustigen die er niet genoeg van kregen de jeugd te filmen en te fotograferen.
De schoolgaande jeugd is in uniform. Voor ons was het verbazingwekkend te zien dat de meisjes erg kort gerokt waren.
Waar zij ook zaten, in een park of op restaurant of in een trein, altijd waren zij bezig met hun uiterlijk. Spiegeltjes en maquillage kwamen meteen tevoorschijn. Terwijl Europeanen graag gebruind uitzien, geven de Aziaten de voorkeur aan lichtere tinten. De gebruikte producten hebben dan ook de bedoeling hun huid lichter te doen schijnen.
Het gebruik van schmink die de natuurlijke donkere kleur lichter deed schijnen, was ook erg in trek in Cambodja, vooral bij bruiloften.
Het shinto Meiji Jingu schrijn
Niet ver van Harajuku ligt Het shinto Meiji Jingu schrijn gebouwd ter nagedachtenis van keizer Mutsuhito, beter bekend als keizer Meiji ― zie samurai Saigo
Zijn periode op de troon kreeg na zijn dood naar Japans gebruik een andere naam: Meiji.
Keizer Meiji Jingu transformeerde Japan van een feodale samenleving tot een moderne maatschappij. Hij was van grote betekenis voor Japan door de restauratie van de Meiji-periode die een belangrijke politieke omwenteling in Japan teweegbracht en die het einde betekende van de krijgsheren, krijgsadel. Het tijdperk van samurai en shoguns was voorbij.
Het schrijn werd in 1920 opgetrokken. In dit heiligdom liggen keizer Meiji die regeerde van 1868 tot 1912 en zijn gemalin, keizerin Shoken, begraven.
Het shinto schrijn ligt in het beroemde district Shibuya en is een van de bekendste shinto schrijnen van Japan.
Het heiligdom ligt midden in Tokyo en beslaat samen met de omliggende Japanse tuinen en parken een oppervlakte van 70 ha. Het park telt ongeveer 120.000 bomen waaronder 365 verschillende soorten. De bomen zijn gedoneerd door Japanners uit het hele land. De Japanners genieten van de rust hen gegeven door het schrijn en het park.
Rond de jaarwisseling gaan meer dan drie miljoen Japanners bidden in het heiligdom voor geluk in het nieuwe jaar.
Het schrijn werd tijdens WO II verwoest door bombardementen maar werd heropgebouwd en heropend in 1958.
Rituelen en activiteiten bij een shinto heiligdom
Bij het betreden van een shinto heiligdom (jinja) loopt men door een of meerdere traditionele Japanse torii of poorten waarvan de letterlijke betekenis vogelzitstok is.
De toegangspoorten tot de heiligdommen en tuinen zijn meestal volledig rood geverfd maar niet bij het Meiji heiligdom waar alles eerder sober gehouden is.
Bij ieder heiligdom dat wij bezochten werden eerst de handen met water gereinigd dat uit waterbakken geschept werd. Nadien werd ook de mond met water gereinigd dat naast de waterbakken uitgespuwd werd.
Het hoofdgebouw is een belangrijke plek om shinto activiteiten te beoefenen zoals het brengen van offers, heilige charms (zoals het zwaaiend geluk katje of een kraanvogel) en amuletten te kopen of een wens te schrijven op een houten plankje, dat opgehangen werd aan een altaar wand.
Om de aandacht van de god te trekken, werd de gong geluid (de gong symboliseert positiviteit/ geboorte en de klok negativiteit/ dood) en tweemaal in de handen geklapt. Daarbij werd geld geofferd.
Bestaat de offerblok niet in iedere godsdienst?
Voor Japanners is religie een middel om de goden een gunst te vragen, voor succes in zaken of bij een examen, herstel van ziekte of een voorspoedige bevalling.
Zo meldde in 2001 de TV in Japan dat de kroonprinses die weldra haar eerste baby op de wereld zou zetten, deel had genomen aan een dienst om de goden gunstig te stemmen. Japan keek al 9 jaar uit naar een mannelijke opvolger van de troon.
Er werd echter een prinsesje geboren.
Tegen betaling kon men uit een trommel een papiertje halen met toekomstvoorspelling. Op zeker ogenblik dacht Marcel een boom vol bloemen te zien. Het waren echter de toekomstvoorspellingen die door de Japanners kunstig aan de takken van de boom geknoopt waren.
Bij het Meiji schrijn zagen wij voor het eerst kinderen in Japanse klederdracht, meisjes in zijden kimono’s en een jongetje in een lang gewaad.
Er was een optocht van shinto priesters gevolgd door een bruidspaar en hun families.
Prachtige tuinen, vijvers met kois
Bij iedere tempel zijn er mooi onderhouden tuinen met vijvers, kanaaltjes en bruggetjes. Enorme kois ― gekleurde kweekvariant van de gewone karpers ― zwommen in alle kleuren van donkerbruin tot oranje, geel en wit, met tientallen in de wateren. De kweek van de kois begon in Japan rond 1820. Zij symboliseren geluk en welvaart. Koi is niet enkel het Japanse woord voor karper maar betekent ook liefde.
De Japanners scheppen er een waar genoegen in de vissen te voeren. De kois verzamelden zich bij de bruggetjes met hun bekken wijd open. Een prachtig gezicht.
In België en Nederland kosten kois een fortuin om de kleine vijvertjes in de tuinen te bevolken. In de Japanse tuin van Hasselt zwemmen 190 kois verdeeld over de verschillende vijvers van de tuin.
Een wandeling door de prachtige tuinen was erg rustgevend.
[1] Zie voor Kannon ook de bijdrage van Greg Suffanti op het wijsheidsweb over Quan Yin