Wankelt onze democratie en onze vrije meningsuiting?
Machteld Roede
Deze bijdrage gaat over ons massaal en achteloos accepteren van de woordkeus die de huidige woke- en cancelcultuur gebiedt, wat al leidde tot banenverlies en een afstraffing wegens verwijzen naar ‘menstruerende vrouwen’. Over het nu al jaren totaal verkeerd gebruiken van de term gender, in 1955 juist geïntroduceerd als tegenstelling tot sekse /geslacht. Over trans vrouwen en trans mannen. En over de zwijgende massa.
Culturele verwarring en een Middeleeuwse heksenjacht
Taalveranderingen
Utrechtse Doopgelofte (776–800)
Forsachistu diabolae?
(& respondeat:) “ec forsacho diabolae”.
Verzaak je de duivel?
(En hij geve ten antwoord:) “ik verzaak de duivel”.
Oudste bekende tekst in het oud-Nederlands
Tijden veranderen, onze taal verandert. Ook ik gebruik ouderwetse geworden woorden niet meer en volg de tijdgeest met onder andere termen uit de digitale wereld. Dit gaat onopgemerkt, het is een geleidelijk, natuurlijk proces.
Het is echter iets anders wanneer je gedwongen wordt je vocabulaire bij te stellen. Dit laatste gebeurt nu al enige tijd onder invloed van de woke cultuur — waarbij algemeen gangbare woorden die verwijzen naar etniciteit en koloniale tijden, en zeker ook naar sekse en gender — het moeten ontgelden. Jan Kuitenbrouwer, die woke taal ‘Wakkerlands’ noemt, spreekt zelfs van een verbale burgeroorlog. Onderschat wordt het gevaar van het massaal maar accepteren van deze dwang, opgelegd door slechts een kleine minderheid.
Bizar is daarbij de discrepantie tussen enerzijds het vrij recente rigide claimen (woke) van een algemene zelfcensuur, waarbij bepaalde woorden moeten worden vervangen door ‘neutrale’ alternatieven, en anderzijds de alom verdedigde, haast heilig verklaarde vrijheid van meningsuiting (free speech).
Op grond hiervan oordeelde een rechter onlangs dat de eerder vanwege zijn te opruiende uitspraken in hechtenis genomen oprichter van de actiegroep Viruswaarheid weer vrijelijk de straat op mocht om (aantoonbare) onwaarheden over covid te verkondigen. (Ik ben benieuwd wat hij over het recent opduikende apenpokkenvirus bijeen gaat fantaseren.)
En lange processen waren nodig voordat in september 2021 de oproep uit 2014 voor ‘minder Marokkanen’ toch veroordeeld werd als een groepsbelediging, echter zonder verdere strafvervolging. Want door het wettelijke recht op het vrije woord bestaat er geen juridisch verbod op ‘eenvoudig beledigen’, hoe immoreel ook.
(Voor laster of smaad ligt het anders.)
Taaltaboes
De bij wet bepaalde eindeloze ruimte voor ons vrij te kunnen en mogen uitspreken is zo in tegenspraak met de huidige intolerante inbreuk door de woke-censuur op onze eigen persoonlijke woordkeus. Wie kent de voorbeelden niet.
Mijn huid (zonder zonnebad) lichtbeige tot lichtroze van kleur, werd blank genoemd. Dat mag echter niet meer; ik val nu in de categorie wit, hoewel ik die kleur pas toon als ik dood ben. Ik ril nog steeds bij het nu vrijwel overal gebruikte lelijke pleonasme ‘slaafgemaakte’. Maar gezien de ontelbaar velen die pijn voelen door het trieste slaafverleden van voorouders begrijp en respecteer ik deze taalaanpassingen, ja taboes.
Recenter is dat in de trein de conducteur ons niet meer toespreekt met ‘dames en heren’; nee, we zijn ‘beste reizigers’. Bij het geven van een voordracht word je van te voren even gewaarschuwd met alleen het neutrale ‘geachte aanwezigen’ te beginnen. Deze bigotte taalpreutsheid is het gevolg van hevige discussies over sekse en gender. De twee gegeven voorbeelden zijn vrij onschuldig. De censuur gaat helaas veel verder; er vallen koppen … Gelukkig kwamen onlangs meerdere kwaliteitskranten met kritische bijdragen.
“We verkeren in een culturele verwarring,”
stelde de sociaalpsycholoog Jonathan Haidt in een uitgebreid interview door Sjoerd de Jong op 1 april in de NRC. Hij hekelde de cancel hype die vooral sterk heerst op Amerikaanse studentencampussen waar je het niet meer met elkaar oneens kunt zijn.
Bij tegenspraak word je door linkse radicale studenten meteen uitgemaakt voor een te bestraffen, liefst uit te schakelen racist.
Het rigide kuisen van de spreektaal rond sekse en gender door een kleine groep uiterst fanate activisten slaat in de ogen van velen zo door, dat er nu een groep van ‘klassieke’ (veelal lesbische) feministen een moderne variant van het biologisch determinisme voorstaat, althans wat de ontwikkeling tot mannen en vrouwen betreft.
(Van homo’s, mannen die seks hebben met mannen (MSM) is mij zo’n verzet niet bekend. Al hoor ik wel eens gemopper dat zij, een overgrote groep, maar ongevraagd in die diverse groep van LHBTIQ zijn gestopt, samen met toch echt afwijkende minderheden.)
Niels Posthumus beschreef in Trouw van 19 april 2020 in ‘Genderkritiek’ uitgebreid zijn interview met de Belgische filosoof Hans Maes, die sinds 2006 in Canterbury het vak ‘Seks, gender en digitale cultuur’ doceert. Verwezen werd onder meer naar de Britse feministische filosoof Kathleen Stock, die durfde stellen dat ‘trans vrouwen geen échte vrouwen zijn, omdat je sekse niet werkelijk kunt veranderen’.
Vanwege haar genderkritiek verkondigde stickers overal op de campus van haar universiteit van Sussex dat ‘Stock transfoob was en een gevaar voor het denken van de studenten’.
Zij sprak van ‘middeleeuwse rellen’ en nam haar ontslag. Na haar zijn meerdere academici in het Verenigd Koninkrijk zwaar aangevallen op hun opvattingen over gender. Zo voelde ook Suzanne Moore, journalist bij The Guardian, zich vorig jaar gedwongen op te stappen vanwege haar genderkritiek. Ik geef slechts een kleine selectie.
Ook de eens zo populaire J.K. Rowling — auteur van de Harry Potter boeken en daarna een crime serie over een vrouwelijke detective — is zwaar verguisd. Er kwam zelfs een oproep haar boeken te verbranden, al kreeg ze ook veel positieve reacties. Ze verdiepte zich enige jaren uitgebreid in genderidentiteit en transkwesties en zou zich hier te kritisch over hebben uitgelaten. December 2019 waagde ze het per tweet Maya Forstater te steunen, die haar baan verloor door ‘transfobe’ tweets. Al was ze mede hierom al een paar keer gecancelled, toch ondersteunde ze op twitter ook de door een agressieve hersentumor terminale Magdalen Berns, die vond dat lesbiennes geen onverdraagzaamheid mocht worden verweten, als ze geen transvrouwen met een penis wilden daten.
Rowling voelde zich genoodzaakt om op 10 juni 2020 met een lange verklaring te komen over “Her Reasons for Speaking out on Sex and Gender Issues”.
(Ik raad aan dit zelf te lezen.)
”This isn’t an easy piece to write, … but I know it’s time to explain myself on an issue surrounded by toxicity …. We’re living through the most misogynistic (vrouwonvriendelijke) period I’ve experienced.”
Mijn vriendin en collega humaan bioloog uit Florida mailde maanden geleden
“It is a horrible situation in Florida too”.
Door een (onschuldige) grap over transgenders is de Amerikaanse komiek Dave Chapelle zwaar bekritiseerd.
Gender versus sekse/geslacht
Bij de hevige discussies over sekse en gender wordt helaas gender voortdurend — zoals ik al decennia tevergeefs benadruk — totaal verkeerd gebruikt, namelijk als een synoniém voor sekse of geslacht, in plaats van als een essentieel verschillend begrip.
De Amerikaanse psycholoog Money muntte in 1955 gender juist om taalkundig een scherp onderscheid te kunnen maken tussen:
Sekse =
- de biologische dimensie van man of vrouw zijn, zoals de morfologie en fysiologie van de genitaliën en hun functies.
Iemands lichamelijke sekse — het complex van chromosomen, genen, hormonen, geslachtsorganen en uitwendige geslachtskenmerken als vulva of het bezit van testikels en een penis, en vanaf de puberteit borsten, lichaamsbouw en lichaamsbeharing.
en
Gender =
- de niét-genitale, niét-lichamelijke mannelijke of vrouwelijke rol.
Het omvat zowel:
genderidentiteit: het persoonlijke het vrouw of man zijn beleven — onafhankelijk van het bij de geboorte toegewezen biologisch geslacht,
als
de gender-rollen: de verschillende sociaal-culturele rollen die maatschappij aan de seksen toekent, over hoe vrouwen en mannen worden verwacht te denken, voelen en handelen.
Dit houdt in welk gedrag en houdingen als gepast of wenselijk wordt verwacht op basis van je geslacht. Zoals welke kleding die je hoort te dragen, het beroep dat je uit kunt oefenen, met wie je omgaat.
Er bestaan grote variaties in de genderrollen bij verschillende culturen, en zelfs daarbinnen. Zo maken bij de Dogon in Mali aan de ene kant van de rivier de mannen de kleren terwijl ze er aan de overkant er hard om zouden worden uitgelachen; daar is het uitsluitend de taak van de vrouwen.
Dat vrouwen tijdens de bevalling hun pijn uiten is vrij algemeen aanvaard, maar er zijn plekken waar dit als grote zwakte wordt gezien en stil blijven is dan ook geboden.
Niet overal is huilen voor ‘echte’ mannen taboe. Een rok dragen is in bepaalde gebieden voor mannen regel.
Al enige decennia verschillen in ontwikkelde landen de genderrollen van mannen en vrouwen steeds minder, zij het niet in alle lagen van de maatschappij. Elders heerst een groot verschil en is gelijkheid in mogelijkheden voor vrouwen onbestaanbaar
Het nieuwe woord gender werd vrijwel meteen populair, een ware hype. Gender bleek al snel een nuttig concept te zijn, zowel in de wetenschappelijke als in de publieke arena.
Sekse of geslacht is echter blijkbaar een vies, liefst te vermijden woord. Zeker in het Engels, waar zowel de geslachtgemeenschap als je lichamelijke sekse met het homoniem sex wordt benoemd.
En al snel verving gender tevens de pure biologische termen sekse en geslacht, waardoor Money’s opzet totaal de mist in is gegaan. Deze ernstige taalvervuiling wordt helaas door vrijwel niemand meer onderkend.
Maar ik ril wanneer ik in een artikel wat ik als tijdschrift reviewer moet beoordelen over bijvoorbeeld de lichaamslengte bij jongens en meisjes, steeds wordt gesproken over genderverschillen terwijl het hier toch zo duidelijk om geslachtsverschillen gaat.
Al ruim zestig jaar houd ik me bezig met geslachtsverschillen sinds mijn doctoraal- en later promotieonderzoek over de relatie tussen groei en geslachtsomkeer bij Lipvissen. Veel soorten van deze in alle wereldzeeën voorkomende vis familie beginnen hun leven als vrouwtje om bij het bereiken van een bepaalde lengte te transformeren tot een mannetje. De nauw verwante Papegaaivissen beginnen juist als man om later in een vrouwtje te veranderen.
Om me breed te oriënteren deed ik ook een literatuurstudie over interseksualiteit bij de mens, waar toen nog weinig over bekend was. (Evenmin als over chromosomen bij de mens, terwijl later juist de kennis over de geslachtschromosomen veel sekse afwijkingen konden verklaren, zoals het bezit van XO, XXY, of XXX).
En ik werd lid van de Vereniging voor Seksuologie. Hier nam ik kennis van het mij tot dan totaal onbekende fenomeen dat mensen zich niet kunnen vereenzelvigen met hun geboortegeslacht, zich niet thuis voelen in hun lichaam. Aanvankelijk geduid als transseksualiteit, later als genderdystrofie.
Ik hoorde op de bijeenkomsten de verhalen van mensen die de grote moed hadden hier met anderen over te spreken, ja, te beslissen specifieke lichaamskenmerken te laten veranderen. Er was hierover bij het grote publiek (vrijwel) niets bekend, en het begrip er voor en de acceptatie er van was pijnlijk gering.
Op een van de congressen ontmoette ik Money. Een allerbeminnelijke man, die de tijd nam om mij mini privécolleges te geven. Hij vertelde dat hij jarenlang niet goed wist hoe de gevoelens van zijn cliënten te beschrijven. Tot hij besloot uit de taalkunde de term gender — wat tot dan stond voor het geslacht van een woord — over te nemen en te introduceren in de medische wereld.
Sindsdien blijf ik het genderbegrip verdedigen zoals Money het heeft bedoeld. (Al werd ik — mede wegens mijn ook niet geaccepteerde strijd tegen vrouwenbesnijdenis — er min of meer om gecanceld door mijn vrouwelijke collega’s, die evenals velen al snel waren overgegaan tot het hanteren van het opeens super modieuze gender als vervánger van sekse).
In 1981 was ik aanwezig bij de promotie bij de Vrije Universiteit in Amsterdam van endocrinoloog Louis Gooren, die in 1977 de leiding had gekregen van de aldaar in 1973 gestarte eerste Nederlandse genderkliniek.
In de overvolle aula was ik omringd door velen nog in transitie of reeds levend met een beter bij hun gevoel passende nieuwe genderidentiteit. In die dagen nog zeldzaam, tegenwoordig gelukkig een geaccepteerd deel van onze samenleving.
Toen ik in 1983 bij in Maastricht bij de jonge universiteit kwam werken gaf de nieuwe onderwijsstructuur me de kans om bij de studenten in een college aandacht te vragen voor transgenders. En het lukte me een van de eerste trans mannen die openlijk in de media vertelde en door zijn hartveroverende humor begrip kweekte over zijn ingrijpende besluit, uit te nodigen om ook mijn studenten hierover te komen vertellen. Gefascineerd maar toch ook wel verbijsterd zagen ze dia’s (in tv-programma’s weggelaten) van de constructie van zijn penis uit een stuk huid van zijn arm. Later kwam ook een paar keer de lange trans vrouw met haar mooie lange haardos en lage bromstem vertellen, vooral over haar nieuwe sociale situatie met haar kinderen en ex-vrouw. Helaas onderging ze later mede wegens de non-acceptatie in haar kleine Limburgse dorp een wederom lichamelijk ingrijpende, detransitie. Een zware wissel voor het hart.
Tijden veranderen, taal verandert. Nu is enige decennia later een breed spectrum bekend aan vormen die afwijken van de cis-genders, zij die zich wel prettig voelen bij het geslacht dat ze kregen bij geboorte, en althans in een aantal Westerse landen, geaccepteerd.
En er ontstond een scala aan benamingen, nog steeds in verdere ontwikkeling.
Mensen met baarmoeders en ovaria
De laffe, zwijgende massa
Niet alles gebeurt in Nederland pas vijftig jaar later. Ook bij ons trekt de activistische sekse/gender woke-beweging haar spoor.
Zo schrijven de gynaecologen Marlies Bongers en Corien van Zweden in hun Biografie van de Baarmoeder (Arbeiderspers, 2022) af en toe niet over vrouwen, maar over mensen met een baarmoeder. Dit is terug te leiden tot de situatie dat een aantal trans mannen en non-binaire mensen in het bezit van een uterus (en ovaria) kunnen zijn.
De trans man
Een trans man kreeg bij de geboorte het vrouwelijk geslacht toegewezen maar voelt zich eerder man, meer dan eens al op jonge leeftijd. Zij kunnen besluiten zich als jongen, als man te presenteren. Niet allen gaan er toe over hun lichaam door hormonen en/of chirurgische ingrepen deels of geheel bij hun transitie te veranderen. Dit was aanvankelijk wel vereist om het geslacht in de geboorteakte te kunnen wijzigen.
Is de genderdystrofie al vroeg duidelijk aantoonbaar, dan kan worden besloten tot toedienen van testosteron al vlak voor en bij aanvang van de puberteit om de als storend gevoelde borstontwikkeling te voorkomen en een lage stem te krijgen. Alhoewel, naarmate er meer ervaring en kennis kwam, werd de benadering bijgesteld, en nog steeds verandert en verbetert de eventueel gewenste medische behandeling.
Tegenwoordig wordt bij aanvang van het transitieproces tijdens een fertiliteitsconsult overlegd of hij zijn vruchtbaarheid wil behouden. Er zijn allerlei tussenvormen mogelijk, waardoor een trans man inwendig nog steeds een uterus en weer te activeren ovaria kan bezitten, en zijn kind baart.
Eind mei toonde de ontroerende tv-documentaire van Özgür Canel hoe de non-binaire transpersoon Ryan en zijn huwelijkspartner David samen op biologische wijze hun zo gewenste kleine Ravi kregen. Na stoppen met zijn testosteroninjecties bleef zijn baardgroei en de lage stem; wel werd Ryan sneller emotioneel. En gelukkig keerde de menstruatie terug. Hij deed gewoon mee met zwangerschapszwemmen; met wel een eigen kleedkamer.
Naar een trans man wordt verwezen met ‘hij/hem/zijn’.
De trans vrouw
Een trans vrouw kreeg bij de geboorte het mannelijke geslacht toegewezen, maar voelt zich eerder vrouw, meer dan eens al op jonge leeftijd.
Zij kunnen besluiten zich als meisje, als vrouw te presenteren. Zij kan daarbij haar lichaam aanpassen door vrouwelijke hormonen te gaan gebruiken, borstimplantaten te laten zetten, door een kaakchirurg de kaak minder zwaar laten maken.
Het verhogen van de stem is echter moeilijk. Niet allen gaan over tot het verwijderen van de penis. (Voor sekswerkers soms een pre).
De Amerikaanse auteur trans vrouw Torrey Peters verhaalt in haar succes roman Detransition, Baby (2021, Penguin) over een trans vrouw die haar transitie ongedaan maakt en vervolgens haar vriendin zwanger maakt.
Naar een trans vrouw wordt verwezen met ‘zij, haar, haar’.
Non-binair persoon
Een non-binair iemand (een paraplubegrip) voelt zich man noch vrouw, of juist zowel man als vrouw.
Schrijver Marieke Lucas Rijneveld zei in de Volkskrant van 3 februari 2018
“Ik voel me zowel jongen als meisje, een tussenmens”.
Voor non-binairen zijn de verwijzingen ‘hen’ of ‘die/hen/hun’ ingevoerd en neutrale persoonsbewijzen (met niet een m of een v, maar een x) om los te komen uit het hokjes denken.
Aantallen
Hoeveel transgender en genderdiverse personen er in Nederland rondlopen is niet exact aan te geven, omdat door de grote diversiteit niet altijd is aan te geven of iemand meetelt in deze groep. En velen blijven verborgen omdat ze niet zichtbaar willen worden, geen medische en/of juridische stappen willen zetten en niet worden geregistreerd.
Het aantal steeg wel met zo’n 700 toen het in 2014 makkelijker werd om je geslacht in je geboorteakte te laten wijzigen. Komt de in behandeling zijnde nieuwe Transgenderwet erdoor dan neemt het aantal dat geregistreerd staat zeker verder toe.
Het SCP stelde in 2017 het aantal transgenders op 0,6% van de mannen en 0,2% van de vrouwen. De Rutgers Stichting zei in 2018 dat 0,6 tot 0,7% van de Nederlandse volwassenen en middelbare scholieren transgendergevoelens zou hebben. Van de jongeren tussen de 12 en 24 jaar gaven 1,7% van de jongens en 2,9% van de meisjes aan een non-binaire of fluïde genderidentiteit te hebben of het nog niet te weten. Het aantal volwassenen en adolescenten dat in Nederland een medische transitie van geslacht onderging werd geschat op 7.000 tot 8.000. Het aantal jaarlijkse aanmeldingen bij een genderteam voor een transitie blijft stijgen, tussen 2008 en 2013 van 250 naar 1000 personen. Al zullen niet allen daadwerkelijk in (algehele) transitie gaan.
In België werd het aantal transgenders op rond de 30.000 geschat. In de aktes van de burgerlijke stand staan vanaf januari 1993 tot medio 2017 992 Belgen genoteerd met een verandering van het geboortegeslacht. In de Verenigde Staten gaf een ruwe schatting aan dat van de 3,5% van de mensen die zich als LHBTIQ identificeren, ongeveer 0,3 % een transgender is. Bij de volkstelling van 2010 bleken 89.667 Amerikanen hun naam te hebben gewijzigd in een bij het andere geslacht passende naam; 21.833 personen waren ook lichamelijk van geslacht veranderd.
Ook zonder deze harde getallen weten we zelf wel dat hun aantal echter beduidend lager is dan dat van de grote meerderheid van cis-personen, zij die zich goed voelen, zich identificeren met het geslacht wat ze bij de geboorte kregen.
Omdat de aandacht voor non-binaire mensen sterk toeneemt geven nieuwe steekproeven meer informatie over hoeveel transgenders zich als non-binair identificeren, en wel in de Verenigde Staten 33 procent, in Engeland 36 procent, en in België 22 procent.
De frequentie van menstruerende trans mannen en non-binaire mensen. Er zullen uitzonderlijk weinig trans mannen zijn die door af te zien van testosteron injecties menstrueren. Wel kunnen bij de geboorte als vrouw benoemde non-binairen als ze niet in somatische transitie gaan met een uterus rondlopen en normaal menstrueren. Tenminste, als ze in de leeftijdscategorie voor maandelijkse bloedingen zitten en nog niet in de menopauze. Gezien de bovengenoemde (ruw geschatte) percentages is de conclusie is te trekken dat het aantal transgenders dat de leeftijd heeft om te menstrueren vergeleken met de hele bevolking uitgesproken klein is.
Toch woedt juist rond hen nu al enige tijd een felle cancelcultuur. De middeleeuwse heksenjacht is terug, zoals bleek in het eerste deel van mijn bijdrage. Feministische activisten eisen dat vanwege deze uiterst kleine minderheid alléén nog maar mag worden gesproken over ‘mensen met baarmoeders’ en over ‘menstruerende mensen’.
Deze harde eis om inclusief taalgebruik leidde begin 2022 ook bij de Universiteit van Maastricht (UM) tot een culturele oorlog met bloederige tafrelen. Tegenwoordig is het streven wat openlijker over menstruatie te schrijven, zoals er op te wijzen dat de maandelijkse kosten voor maandverband voor veel jonge vrouwen een probleem vormt. Er kwamen voorstellen om bij universiteiten gratis materiaal beschikbaar te stellen.
Het Universiteitsblad Observant melde dat de studentengroep Feminist of Maastricht FOM ook bij de UM verstrekking van gratis verbandmiddelen voor menstruerende vrouwen eiste. Dit te binaire woordgebruik viel volkomen verkeerd bij de activistische dames, maar de Observant weigerde te rectificeren naar menstruerende mensen. Hun site werd daarop drie dagen stilgelegd. Het is nog steeds niet bekend wie deze cyberaanval pleegde; FOM ontkent betrokkenheid. En à la Sussex werden door een posteractie in het centrum de journalisten uitgemaakt voor rechtse racisten en transfoben. Het heeft hoofdredacteur Riki Jansen zeker geraakt. In dagblad de Limburger van 28 mei 2022 zegt ze
‘er voorlopig de buik vol van te hebben. Dat ze naïef was en nooit had verwacht dat het zo explosief zou zijn.’
De zwijgende meerderheid, wankelt de democratie?
Het bleef over deze toxisch genoemde ontwikkeling in de UM gelederen — toch vol mensen opgeleid tot kritisch denken — opvallend stil. Tot enige maanden later tijdens een vergadering van de Universiteitsraad een raadslid uit de fractie van Ondersteunend Personeel een motie indiende om het fundamentele recht te verdedigen om verschillende opvattingen uit te kunnen dragen en de aanvallen op de Observant sterk te veroordelen. Het bleef opvallend stil. Men wilde met geen woord reageren op het verzoek, noch het op de agenda plaatsen van de volgende U-raad.
Ik — zelf ooit bijna tien jaar UM U-raadslid — blijf buitengemeen geschokt. Durfden ze niet openlijk steun uit te spreken uit de laffe angst zelf gecanceld te worden? Gelukkig stelde die bijeenkomst collegevoorzitter Rianne Letschert (voorheen rectrix van de UM) dat althans het College van Bestuur deze aanval op persvrijheid en de vrijheid van meningsuiting in alle toonaarden veroordeelde. De Limburger van 28 mei meldt dat zij vindt dat het woke-debat toe is aan een reset.
FOM claimt dat wetenschappers moeten inzien dat taal mee verandert met de tijd en spreekt van een kwestie van waardigheid en menselijkheid.
Wat een gotspe. Want ik zie een groep verwende kinderen die om gelijkheid te claimen voor een uiterst kleine groep — hoeveel hiervan zullen er binnen de UM rondlopen? — ons allen hun toch wat bizarre en uiterst exclusieve woordgebruik wil opleggen. Met een totale minachting voor de vrijheid van meningsuiting. Met het gevaar dat ze de groeiende goodwill voor de groep waarvoor ze het opnemen wellicht verpesten.
Eerder wezen onder anderen president Obama en Joanne Rowling al op het totale gebrek aan respect van de woke- en cancel activisten voor free speech.
Beschaamd denk ik aan de woorden van Jonathan Haidt dat zeker tachtig procent van de mensen voor diversiteit is, maar zich laten intimideren door ideologische extremisten. Dat aan hen toegeven slecht is voor de (al wereldwijd wankelende) democratie en de geestelijke gezondheid. Hij noemt universiteiten de beste, misschien enige plek om onenigheid om te zetten in waarheid, en de hype van de cancelcultuur te stoppen.
Wanneer grote zwijgende meerderheden toelaten dat zeer kleine minderheden hen de wet voorschrijven en de mond snoeren, holt de door Ilja Pfeijffer recent in Buitenhof waarschuwend fragiel genoemde democratie meer en meer uit.
Tot slot
Word ook ik door mijn kritiek als ‘rechtse racist’ in de hoek gezet? Wie me kent, weet hoe links en hardnekkig ik benadruk dat bij de mens geen rassen zijn te onderscheiden en hoe ik me in woord en daad scherp distantieer van het sociale construct racisme. Denkend aan mijn zo vroeg al begrip voor transgenders uitdragen, zou ‘transfoob’ van me af glijden als waterdruppels van een goed ingeoliede lange afstand zwemmer. En voor tot ontslag leidend gedreig ben ik, gepensioneerd sinds juli 2001, niet bang.
Tenslotte een wijze raad. Zoals het nature/nurture debat niet moet gaan over of/of maar en/en, zo moet ook het gevoelige woke-debat niet gaan om of/of, dat wil zeggen inclusief en daardoor dwingend uitsluitend taalgebruik, maar om een elkaar de ruimte gunnend en/en.
Noten
[1] Bron: Kathleen Stock
[2] Bron: J.K. Rowling
[3] Bron: De Hermafrodiet (1976)
[4] Bron: Jonathan Haidt (2012)