Rosalie de Wildt
WW knipoog 15, UvA-Symposium (13 augustus 2014)
De vraag naar wat werkelijk is en wat niet is voor de kleine groep van filosofen en die paar anderen die niet geplaagd werden door honger en dorst door de eeuwen heen een bron van denk- en discussievermaak geweest.
En nog steeds zijn deze bevoorrechte mensen er gelukkig niet uit: kijk alleen maar naar deze woensdagavond, waar een vijf of zestal volwassen personen rondom een tafel met lekkernijen en drank zich handenwringend bezighoudt met nog steeds dezelfde heerlijke want onoplosbare queeste naar het Echte!
Nee, je kunt rustig zeggen dat degene die ooit bedacht heeft dat er een verschil zou zijn tussen echt en onecht een erg leuk spel heeft gelanceerd, dat gemakkelijk nog duizenden jaren mee kan.
Natuurlijk is er voor het overgrote deel van de mensheid eenvoudigweg geen tijd om ons spel gezellig mee te spelen. Alle spelen wijken voor de noodzaak het vege lijf te redden. Echt is wat meehelpt aan overleven en de rest van de dingen zijn onecht.
Wat niet werkt bestaat gewoon niet… Grappig is dat dat laatste natuurlijk voor iedereen geldt.
OSM verwerpt bij voorkeur als onecht Gerard Joling en vette frikandellen.
Ook lopen we liever niet mee in de polonaise omdat dat als heel onecht wordt ervaren. Verboden zijn verder alle onechte bloemen zoals afrikaantjes en chrysanten.
Wat we de laatste tijd wel weer als heel echt zien, is kamperen in Bakkum en met de hele familie zitten voor een strandhuisje in IJmuiden.
Echt en onecht: gelegenheidsoordelen.