Joke Koppius i.s.m. Rudy van Cuyk
Samengesteld uit diverse workshops van WUJI-managementtrainningen (2005-2006)
deel 1, deel 2
Nan-in, een Japanse leraar, ontving een hoogleraar die inlichtingen over Zen kwam vragen. Nan-in serveerde thee.
Hij schonk het kopje van zijn gast vol en bleef doorgieten.
De hoogleraar keek toe hoe het kopje overliep tot hij zich niet langer kon inhouden. ‘Het is allang vol, er kan niets meer bij!’
‘Net als deze kop’, zei Nan-in, ‘bent u vol van uw eigen opvattingen en bespiegelingen. Hoe kan ik u bijbrengen wat Zen is als u niet eerst uw kop leegmaakt?’
Ervaren
Tijdens de trainingen staat de balans tussen lichaam en geest centraal. We maken daarbij gebruik van methoden en technieken die eeuwen geleden in China zijn ontstaan in de filosofisch-religieuze praxis van het zenboeddhisme en het daoïsme.
De beoefening van combinaties van deze methodieken – die nu kortweg bekend staan als taiji quan, qi gong, zazen en kinhin – blijkt voor heel veel mensen tot verrassende resultaten te leiden.
Qi, de alles doordringende energie
Bij het Chinese denken wordt de alles doordringende energie, qi, als de basis gezien van de gehele natuur. Energie is enerzijds in te delen vanuit ordepatronen of materie en anderzijds vanuit werkingsvelden of krachtvelden. Alles bevat qi. Alles is qi, de ruimte is vol met qi en qi kan condenseren tot materie; de niet gelokaliseerde energie vormt de velden en die velden zijn overal.
Basisbegrippen die het dynamische karakter van de werkelijkheid goed illustreren zijn de polaire krachten yin en yang, de acht trigrammen en de daaruit te vormen 64 hexagrammen van de yi jing die een bepaald type procesverloop aangeven.
NB Men gaat ervan uit dat de polaire krachten hun oorsprong hebben vanuit de yi jing, hoewel het symbool niet in de yi jing voorkomt.
Het yin-yang symbool is dus bepaald niet statisch, het heeft een rotatie symmetrie die de suggestie oproept van een voortdurende cyclische beweging. Yin en yang vormen de polen waartussen de cyclische veranderingen verlopen. De twee stippen in het diagram symboliseren het idee dat elke keer als een van de krachten zijn uiterste werking heeft bereikt, hij de kiem voor zijn tegengestelde al in zich heeft.
De daoïst streeft naar een lang en gezond leven. ‘Als je yin-yang en de vijf seizoenen volgt, zul je nooit aan ziekte lijden. Ga je er tegenin, dan is catastrofe het gevolg’, is een oud Chinees gezegde. Vroeger betaalde je een arts alleen om gezond te blijven, was je ziek dan betaalde je niet. Volgens de Chinees zijn we niet gezond: er bestaan 1.400 beschavingsziekten en 600 ziekten die ook in de dierenwereld voorkomen. Gezond zijn heeft alles te maken met balans, geluk en harmonie. De Chinese geneeskunde weigert onderscheid te maken tussen lichaam en geest. Ze zijn als yin en yang; ze hebben elkaar nodig en kunnen niet zonder elkaar bestaan. Een mens moet zorgen voor zowel geestelijke als lichamelijke hygiëne. Er bestaat voor de Chinees geen gezondheid als men zijn lichaam niet onderhoudt. Dit impliceert zowel lichamelijke oefening als geestelijke discipline. Voor de geneeskunde en de gezondheid is qi de kern. Qi is het intermediair tussen lichaam en geest. De geest zet de qi in beweging en de qi op zijn beurt het lichaam.
Qi heeft vijf functies: activeren, verwarmen, verdedigen, vasthouden en transformeren.
Volgens het daoïsme bevat ieder menselijk wezen de drie schatten, te weten:
- ji, de energie van sperma en eicellen oftewel de essentie van het fysieke lichaam, de meest elementaire vorm van qi waaruit leven ontstaat. (Deze pre-natale energie wordt na de geboorte niet meer aangevuld, dit in tegenstelling tot de post-natale energie die door eten, slapen en oefeningen doen in stand wordt gehouden. Ji is de aardse qi in de mens.
- qi, de levensenergie (inclusief de energie van gedachten en emoties) wordt aangevuld via de longen door de qi uit de lucht en via de milt uit het voedsel;
- shen, de geest of de spirituele energie, het bewustzijn. Shen is de hemelse energie in de mens.
De leegte, het grote niets, het niet iets, het nog niet manifeste wu is de bron en de integrator van drie schatten ji, qi en shen en wu brengt ze tot leven.
Het leven is een constant transformatieproces van ji via qi naar shen en weer terug om uitputting te voorkomen. Tijdens het leven wordt ji opgesoupeerd, met uiteindelijk de dood tot gevolg. Zowel in de kosmos als in het lichaam is het transformatieproces constant. Leven is overleven en dat is voortdurend transformeren.
De aardse en de hemelse levensenergie in de mens staat aan de basis van de spirituele ontwikkeling. Het uiteindelijke doel van alle innerlijk gerichte daoïstische oefeningen (taiji, qi gong, san shou, …) is de spirituele weg, ze dragen bij aan de transformatie van lichaam, geest en ziel.
Een transformatie die uiteindelijk moet leiden tot de eenwording met Dao. Door de energie en de energiebalans in het lichaam te voelen kan men de energie van gedachten en emoties beter volgen. Dat heeft weer tot gevolg dat men zijn shen beter kan beheersen. Vandaar uit is het mogelijk om de energie van meditatie (de leegte, wu) volledig te begrijpen en een te worden met Dao. De tijdsduur en de frequentie waarbij de daoïst in die toestand van leegte is, nemen door oefening steeds toe.
Wu xing, de vijf fasen
De vijf elementen (wu xing, processen, fasen, bewegingen, stappen…) komen steeds terug in het Chinese denken.
In feite zijn het geen elementen maar fasen of processen die steeds dynamisch in elkaar overgaan.
Dus ook de leer van de vijf fasen — hout (木 mù), vuur (火 huǒ), aarde (土 tǔ), metaal (金 jīn) en water (水 shuǐ) — is in feite geen elementenleer sec, want de elementen stellen ook doen en handelen voor.
Ze geven aan dat de werkelijkheid een voortdurende verandering is.
Het werd gebruikt om een breed scala aan verschijnselen te verklaren, van kosmische cycli tot de interactie tussen interne organen en van de opeenvolging van politieke regimes tot de eigenschappen van medicijnen. Wu xing is in feite het dynamische begrip bij uitstek!
Nadat het tijdens de Han-dynastie tot wasdom was gekomen, werd de leer gebruikt in vele aspecten van het Chinese denken, zoals in waarzeggerij of feng shui (de filosofie die leert hoe de omgeving het geluk kan beïnvloeden), astrologie, traditionele Chinese geneeskunde, muziek, militaire strategie en vechtsporten. Het systeem wordt in vormen van alternatieve geneeskunde en krijgskunsten nog steeds gebruikt.
De vijf fasen worden ieder respectievelijk gekoppeld aan heel veel vijftallen, bijvoorbeeld:
hout |
vuur |
aarde |
metaal |
water |
|
planeten |
Jupiter |
Mars |
Saturnus |
Venus |
Mercurius |
seizoenen |
lente |
zomer |
nazomer |
herfst |
winter |
klimaat, weer |
wind |
hitte |
damp |
droogte |
koude |
windrichtingen |
oost |
zuid |
midden |
west |
noord |
kleuren |
groen |
rood |
geel |
wit |
indigo |
smaak |
zuur |
bitter |
zoet |
scherp |
zout |
geur |
ranzig |
verbrand |
geurig |
rottend |
rot |
lichaamsopeningen |
ogen |
tong |
mond |
neus |
oren |
yin-organen |
lever |
hart |
milt |
longen |
nieren |
yang-organen |
galblaas |
dunne darm |
maag |
dikke darm |
blaas |
weefsel |
pezen |
bloedvaten |
spieren |
huid |
botten |
gevoelens |
boosheid |
vreugde |
somberheid |
verdriet |
angst |
stemgebruik |
schreeuwen |
lachen |
zingen |
huilen |
kreunen |
gemoedstoestand |
rationaliteit |
spiritualiteit |
stabiliteit |
gevoeligheid |
vitaliteit |
deugden |
welwillendheid |
nederigheid |
betrouwbaarheid |
oprechtheid |
wijsheid |
herbergt: |
assertiviteit |
bewustzijn |
denken, intellect |
lichaamsbewustzijn |
wil |
Taiji quan en qi gong
Taiji quan
is een oude Chinese bewegingsleer en krijgskunst. Taiji quan streeft naar harmonieus geestelijk en lichamelijk welzijn.
Taiji quan bestaat uit bewegings-, concentratie- en ademhalingsoefeningen waarmee iedereen soepelheid van lijf en leden en helderheid van geest kan bereiken.
Eén van de meest aantrekkelijke aspecten van taiji quan is, dat de oefeningen een direct en voelbaar resultaat opleveren. Ze kunnen op elke plaats en op elk gewenst moment worden gedaan.
Stress, vermoeidheid en spanningen maken plaats voor een gevoel van rust en welzijn.
Rustige, bedachtzame bewegingen vloeien in elkaar over en bevorderen zo de concentratie en de coördinatie.
De vormen lijken op het eerste gezicht eenvoudig, maar vergen opperste concentratie en zorgen voor kracht, lenigheid en balans in het lichaam.
Daardoor is taiji quan een uitstekende manier om de conditie op een evenwichtige wijze op te bouwen.
De beoefenaar van taiji quan voelt zich energiek, alert en tegelijkertijd ontspannen.
Wie de technieken eenmaal onder de knie heeft, kan volstaan met tien minuten oefening per dag om dat gevoel vast te houden.
Qi gong
Al zo’n 5000 jaar worden technieken beoefend om qi te ontwikkelen.
Qi gong – letterlijk de ‘manipulatie van levensenergie’ – is de theoretische en praktische leer ter regulering en beheersing van de interne stroming van qi.
Deze stroming wordt volgens de leer vooral door de shen aangestuurd en in mindere mate ook door de ji.
Het is het vermogen de aandacht te concentreren op het punt waar de qi in het lichaam vandaan komt en vervolgens die qi dan door het lichaam te verplaatsen.
In het zogenoemde dan tian (Japan: hara) – een plek onder de navel – is de energie samengebald. Literair vertaald is het dan tian, de zee van energie.
Qi gong bestaat uit oefeningen die spieren en gewrichten soepel houden.
Concentratie op ademhaling en ontspanning speelt een belangrijke rol.
Studies hebben aangetoond dat regelmatige beoefening van qi gong de hoeveelheid afweerstoffen in het lichaam vergroot, waardoor weerstand en conditie van het lichaam sterk toenemen.
Qi gong heeft een positieve uitwerking op chronische aandoeningen, waaronder astma, reuma en ME.
De oefeningen kennen een rustige en evenwichtige opbouw, zodat ze ook geschikt zijn voor mensen zonder een goede basisconditie.
Fragmenten uit de Zhuangzi
De god van de zuidelijke zeeën was ‘Onbesuisd’, de god van de noordelijke zee was ‘Onbezonnen. De god van het centrum was ‘Chaos’ (Hun-tun). Onbesuisd en Onbezonnen ontmoeten elkaar op het grondgebied van Chaos. Chaos behandelde hen zeer goed. Onbesuisd en Onbezonnen overlegden met elkaar hoe ze Chaos voor zijn deugdzaamheid konden belonen. Ze zeiden: ‘Ieder mens heeft zeven openingen om mee te zien, horen, eten, ademen. Hij alleen heeft er geen. Laten we proberen ze in hem te boren. Iedere dag boorden ze er een. Op de zevende dag was Chaos dood.
Zhuangzi 7, par 7[3]
Eens op een dag droomde ik, Zhuang Zhou, dat ik een vlinder was, een vlinder die fladderend rondvloog, tevreden met zichzelf, en zich niet bewust dat ze mij was. Plotseling werd ik wakker en begon ik me er rekenschap van te geven dat ik nog altijd [Zhuang] Zhou was. Nu is de vraag of ik [Zhuang] Zhou ben die droomde dat hij een vlinder was, ofwel een vlinder die droomde dat hij mij was. Toch bestaat er noodzakelijkerwijs een verschil tussen mij en die vlinder. Dat noemen we dan maar de Verandering der Dingen.
Zhuangzi 2, par 8[3]
Huizi zei eens tegen Zhuangzi: ‘Neem nu eens die grote boom, die de mensen chu noemen. Zijn stam zit vol dikke knobbels en bulten. Er is geen rechte lijn op te trekken. Zijn takken zijn allemaal krom en gedraaid. Geen passer of winkelhaak die je er op kan gebruiken. Als hij aan de weg staat, is er geen timmerman die er naar omkijkt. Krek die woorden van jou: wel groot, maar zonder enig nut. Iedereen keert ze de rug toe.’
Zhuangzi antwoordde: ‘[…] Nu heb je een grote boom, meester, maar je beklaagt je dat hij geen nut heeft. Waarom plant je hem dan niet in het Land van Niemendal, in het veld van de Wijde Wildernis? Dan ga je er lekker naast zitten nietsdoen, of er vrij en blij onder liggen slapen. Want:
Niet ten prooi zal hij vallen aan de bijl!
Geen ding zal hem ooit kwaad doen!
Wie nergens toe dient,
Wat kan die nog overkomen?’
Zhuangzi 1, par 7[3]
Zhuangzi was aan het vissen in de rivier de Pu, toen de koning van Chu twee hoge beambten naar hem toe stuurde met de boodschap: ‘Ik zou u graag de leiding geven over mijn hele rijk’.
Zhuangzi bleef zijn hengel vasthouden zonder op te kijken en zei: ‘Ik heb gehoord dat er in Chu een wonderlijke schildpad is, die 3000 jaar geleden is gestorven, en die de koning in zijn vooroudertempel bewaart in een mand bedekt met een doek. Was het beter voor de schildpad om te sterven en zijn schaal achter te laten om dusdanig te worden vereerd? Of zou het beter voor hem zijn geweest om te leven en zijn staart door de modder te blijven slepen?’
De twee beambten zeiden: ‘Het zou beter voor hem zijn geweest om te leven en zijn staart achter zich aan door de modder te slepen’.
‘Ga heen. Ik zal mijn staart achter me aan blijven slepen door de modder.’
Zhuangzi 19, par 14[4]
Ooit landde een zeevogel in een voorstad van de staat Lu. De markies ging naar buiten om hem te verwelkomen, bracht hem naar de vooroudertempel, en trof voorbereidingen om daar een banket voor hem aan te richten. Hij liet [het plechtigste muziekstuk]de Jiushao, spelen om hem van muziek te voorzien, en een os, een schaap en een varken slachten om hem te voeden. De vogel zag echter alles met lede ogen aan en was zeer treurig. Hij weigerde ook maar een enkel stukje vlees te eten of een kopje vol te drinken, en binnen drie dagen was hij dood.
De markies probeerde de vogel te voeden met wat hij voor zichzelf gebruikte, en niet met de voeding die geschikt is voor een vogel. Degenen die vogels op passende wijze willen verzorgen moeten hen laten zitten op takken diep in de bossen, of zwerven over zandvlakten, drijven op de rivieren en meren, zich voeden met aal en kleine vissen, zwermen van andere vogels volgen of stilstaan, en vrij en blij leven. [ …] Vissen leven in het water en mensen gaan erin dood. Ze verschillen in constitutie, en zijn daarom verschillend in waar ze van houden en waar ze een afschuw van hebben. Daarom eisten de wijzen uit de oudheid niet dezelfde capaciteiten [van iedereen], noch gaven zij hun dezelfde soort taken.
Zhuangzi 17, par 11[4]
Fragment uit de Laozi (Dao de Jing)
Kijk ernaar maar je ziet het niet, dit heet onzichtbaar.
Luister ernaar maar je hoort het niet, dit heet onhoorbaar.
Tast ernaar maar je pakt het niet, dit heet ontastbaar.
Deze drie zijn niet te doorgronden. Daarom zijn ze vermengd tot één.
Zijn bovenzijde is niet stralend, zijn onderzijde niet donker.
Permanent durend, zonder genoemd te kunnen worden, keert het terug naar het dingloze.
Dit wordt de gestalte van het gestalteloze genoemd, het beeld van het dingloze. Dit wordt vaag en mistig genoemd.
Ga het tegemoet en je ziet zijn voorzijde niet. Volg het en je ziet zijn achterzijde niet.
Houd vast aan de Dao van de oudheid, om zo het nu bestaande te besturen en zich bewust te worden van het oerbegin.
Dit wordt ‘Dao als leidraad’ genoemd.
Laozi 14[5]
Zen
Zazen (zitten in meditatie)
verdient alle aandacht als een methode om beter met stress om te gaan.
Het is een eenvoudige en doeltreffende manier om te ontspannen en het hoofd vrij te maken van zich herhalende gedachten.
Concentratie en doelgerichtheid, maar ook intuïtie en creativiteit en slagvaardigheid nemen daardoor toe.
Bij zazen gaat het vooral om het streven naar ontspanning van lichaam en geest, en concentratie op het hier en nu.
Deze levenshouding met een bijzonder oude traditie kan iedereen in de moderne maatschappij verrassend veel nieuwe energie en voldoening schenken.
Kinhin
kinhin is een loopmeditatie waarbij deelnemers elkaar in een lint volgen.
Bij kinhin is de aandacht voortdurend gericht op het navolgen van de bewegingen die de ‘voorganger’ doet.
kinhin wordt in afwisseling met zazen beoefend. Beide meditatieoefeningen versterken elkaars effect.
Ze bevorderen concentratie en coördinatie van een ieder, versterken het intuïtieve vermogen en dragen bij tot een betere harmonie tussen lichaam en geest.
Zenstaan
Het zenstaan is een meditatieoefening van de ‘zachte school’.
Meester Hsing-I ontdekte dat deze oefening heel geschikt voor de gezondheid is en met name om de Qi tot ontwikkeling te brengen.
Beginners staan 5 à 10 minuten; gevorderden staan wel een uur.
De beste tijd om te oefenen is bij zonsopgang, bij voorkeur onder de blote hemel en anders binnen met de ramen open.
Geen knellende kleding aan (broekriem los).
Zen-vertellingen
Twee monniken redetwistten over een filosofische kwestie toen hun leraar voorbijkwam.
Ze hielden hem aan en vroegen hem een einde te maken aan hun discussie.
De eerste monnik legde zijn opvatting uit en de leraar antwoordde: ‘Je hebt gelijk’.
De tweede monnik protesteerde en maakte zijn standpunt, dat volledig tegengesteld was, duidelijk.
De leraar antwoordde de tweede monnik en zei: ‘Je hebt gelijk’.
Een derde monnik die gefrustreerd geluisterd had zei: ‘Maar meester, u zegt tegen beide monniken dat ze gelijk hebben, terwijl de opvatting van de één tegengesteld is aan die van de ander, het is onmogelijk dat ze beide correct zijn’.
De leraar antwoordde en zei: ‘Je hebt gelijk’.
Een oude monnik en een zwaardvechter ontmoeten elkaar.
De zwaardvechter zegt tot de monnik: “Vertel mij over het paradijs en over de hel!”
De oude man bekijkt enkele ogenblikken de machtige figuur van de zwaardvechter en zegt minachtend: “Scheer je weg en maak de weg vrij voor mij, jij smerige stinkende soldaat.”
De beledigde zwaardvechter wordt rood van woede, zijn ogen schieten vuur en hij trekt zijn zwaard. Met geheven wapen komt hij op de monnik af.
Deze kijkt hem rustig aan en zegt dan: “Dit is de hel!”
Langzaam laat de zwaardvechter zijn wapen zakken. Hij is met stomheid geslagen. Hoewel hij nog in verwarring is, begrijpt hij toch dat deze oude monnik zijn leven heeft gewaagd om hem deze waarheid duidelijk te maken.
Een golf van dankbaarheid gaat door hem heen en dat valt ook van zijn gezicht af te lezen.
Op dat moment zegt de oude monnik: “En dit is dan het paradijs.”
Twee monniken liepen langs de oever van een rivier.
Bij een ingestorte brug kwamen zij een vrouw tegen die hen om hulp vroeg.
Zij wilde oversteken maar durfde niet alleen door het woeste water.
De oudste van de twee nam haar op zijn rug en bracht haar naar de overkant.
Zij bedankte hem en hij waadde weer terug naar zijn metgezel.
Zwijgend vervolgden zij hun weg.
In de avond bij het eten wist de jongste zich niet meer te bedwingen. ‘Waarom heb je die vrouw aangeraakt,’ sprak hij verwijtend, ‘je hebt toch de belofte van kuisheid afgelegd?’
‘Mijn beste’, was het antwoord, ‘ik heb haar uren geleden aan de oever van de rivier afgezet, maar jij draagt haar nog steeds met je mee.’
Noten
[1] Tekeningen door Rudy van Cuyk
[2] Bron: wu xing
[3] Schipper, K. (2007) Zhuang Zi, de volledige geschriften, het grote klassieke boek van het taoïsme, vertaling en toelichting. Amsterdam: Uitgeverij Augustus.
[4] Werkvertalingen van dr. Woei Lien Chong
[5] Uit: Koppius, J.M. en H.D., Laozi — Daodejing aantekeningen bij de leescursus (2006-2011) in Utrecht o.l.v. René Ransdorp