Fred de Haas, tekst, vertaling/ bewerking
Victor Hugo
Dit gedicht van de Franse dichter Victor Hugo komt pas tot volledige ontkieming in het hart van de ouder wordende mens.
Het is niet alleen het lot, maar ook de ‘plicht’ van de oudere mens om te verdwijnen.
In deze dagen van het jaar 2020 sterven er velen door de pandemie die in de wereld woedt. Artsen doen er alles aan om iedereen te redden. Maar als er geen plaats is op de Intensive Care zullen de ouderen plaats moet maken voor de jongeren.
Medici gaan het gesprek aan met kwetsbare, oudere mensen en moeten hen soms duidelijk maken dat hun tijd is gekomen en dat de keus tussen oud en jong onverbiddelijk zou kunnen zijn.
In onderstaand gedicht kijkt een mens terug op zijn leven en constateert dat herinnering gepaard gaat met spijt, dat smeken om voortzetting van het leven niet helpt en dat de avond langzaam valt.
Paroles sur la dune |
Woorden op het duin |
Où donc s’en sont allés mes jours évanouis? Tout s’est-il envolé? Je suis seul, je suis las ; Ne verrai-je plus rien de tout ce que j’aimais? Ai-je donc vidé tout, vie, amour, joie, espoir? Comme le souvenir est voisin du remords ! Et je pense, écoutant gémir le vent amer, Victor Hugo |
Waar gingen al mijn dagen heen? Is alles weg? Ik ben alleen en moe. Zal alles weg zijn wat ik min? Is alles óp aan vreugd en hoop? Wat ligt herinnering dicht bij spijt, Ik luister, peinzend: bitter kreunt Vertaling/ bewerking FdH |