Fred de Haas, gedicht en foto’s
Een heldin uit de Beemster
Op Maandag was ik in de Beemster
(niet Noord- niet West- maar Middenbeemster):
velden weids, geen weg was krom,
ik kwam er nogmaals wederom.
Ook nú waren er niet veel mensen
(er viel dus nauwelijks iets te wensen);
langs de weg een enkeling
en dáár een Bord ‘Herinnering’
aan hoe het in de oorlog was
toen uit het Westen mensen kwamen
die, al hongerend, alras
de gratis tarwe van een boer meenamen.
Een sproetig kind met rode haren
kwam ter wereld in die jaren,
speelde zorgeloos en blij
op die grote boerderij.
Ze heette Ans, had mooie plannen
(trok niet op met boerenmannen)
tot de dag dat het begon:
haar levensloop met Ton.
Ze trouwden, dat was heel bijzonder
en voor Ton was het een wonder.
Ans verliet de boerderij en
zei niet langer ‘ik’ maar ‘wij’.
Ze woonden lang in Nieuwegein,
beleefden daar hun samenzijn.
Ans uit de Beemster, een heldin:
Ton was verlamd vanaf ’t begin.