Bram Moerland
Bron: Bramhartigheden, 2017-02-02, brammoerland.com
Pythagoras kennen de meesten wel van de beroemde ‘stelling van Pythagoras.’ Maar er is veel meer over hem te vertellen.
Hij deed onder andere een verrassende ontdekking over geluid. Dat was ongeveer 600 v.o.j.
Aan de snaar van een muziekinstrument hing Pythagoras een gewicht. Aan een tweede snaar hing hij een ander gewicht. Het was natuurlijk al snel duidelijk dat het gewicht de toonhoogte bepaalde van de snaar – hoe groter het gewicht, hoe hoger de toon. Maar dat was niet zijn belangrijkste ontdekking. Maar wat dan wel?
Als je aan twee snaren verschillende gewichten hangt, en ze samen geluid laat maken, dan zal dat geluid soms vals klinken en soms harmonieus, afhankelijk van de gewichten. En wat ontdekte Pythagoras? Dit:
Als de gewichten zich tot elkaar verhouden als hele getallen dan is de samenklank harmonieus. Als de gewichten een onderlinge verhouding hebben die net iets anders is dan hele getallen, dan ervaren we de samenklank als vals. Zo bleek er ook een samenhang tussen de verhouding van de gewichten en de toonafstanden van bijvoorbeeld een terts, een kwint of een octaaf.
In alles is Logos aanwezig
Eerder schreef ik over de spirituele betekenis die Pythagoras toekende aan rechthoekige driehoeken. Als je een loodlijn neerlaat vanuit de rechte hoek op de tegenoverliggende zijde, dan verdeelt die loodlijn de grote driehoek in twee kleinere driehoeken. Elk van die kleinere driehoeken is gelijkvormig aan de grote en ze zijn ook onderling gelijkvormig. En dat kun je zo oneindig voortzetten met elke kleinere driehoek die je opnieuw op dezelfde wijze in tweeën verdeelt.
Pythagoras zag daar een kosmisch principe in, een kosmische orde. Hij noemde dat de Logos. In alles is die Logos aanwezig, ook in het kleinste kleine.
Logos is harmonieus
En datzelfde idee van een kosmische orde meende Pythagoras nu ook aan te treffen in de relatie tussen de harmonieuze samenklanken van een toonladder en de gewichten die hij aan de snaren hing. De kosmos, het totaal van de werkelijkheid, zit ordelijk in elkaar, meende hij.
De orde die daaraan ten grondslag lag noemde hij de Logos, zei ik al eerder. Wat hij nu meende hiermee ook ontdekt te hebben was dat die Logos harmonieus is.
De harmonie der sferen
Hij noemde dat ‘de harmonie der sferen’.
Als we harmonieuze samenklanken horen, en daarvan genieten, dan horen we de harmonie die alles met elkaar verbindt.
Net zoals alle kleine driehoeken een weerspiegeling zijn van de eerste grote driehoek, zo is ook elke harmonieuze samenklank een weerspiegeling van de alomvattende harmonieuze orde van de hele kosmos.
Muziek maken was volgens Pythagoras expressie geven aan de alomvattende harmonie der sferen.
Die opvatting over de harmonie die ten grondslag ligt aan de kosmos vinden we nu nog terug in de hedendaagse term ‘kosmetische producten’, ofwel ‘kosmische producten’. Met elementen van de kosmos, mineralen bijvoorbeeld, kunnen we ook onszelf als mens mooi maken, even mooi als de kosmos zelf is en daarmee onze eigen deelname als mens aan de harmonie der sferen uitbeelden.
Noten
[1] Bron: Woodcut showing Pythagoras with bells, a kind of glass harmonica, a monochord and (organ?) pipes in Pythagorean tuning. From Theorica musicae by Franchino Gaffurio, 1492 (1480?)
[2] Bron: Hymn of the pythagoreans to the rising sun – Fedor Andreevich Bronnikov (1827-1902)
[3] Bron: De intervallen en harmonieder sferen uit Stanley’s ‘The History of Philosophy” (1701).