èn Sofonisba Anguissola
Wouter Maas en Krzysztof Dobrowolski-Onclin
Uit de Nieuwsbrief van Bureau Boeiend
‘Er bestaat geen kunst, er bestaan alleen kunstenaars.’
Met deze in kunsthistorische kringen beroemde woorden begon de kunsthistoricus Ernst Gombrich in 1950 The Story of Art. Het boek was meteen een succes.
Inmiddels zijn er meer dan acht miljoen exemplaren van verkocht en is het in meer dan 30 talen verkrijgbaar, in het Nederlands onder de titel Eeuwige schoonheid. Gombrich geeft namelijk een van de meest toegankelijke overzichten van de westerse kunstgeschiedenis ooit geschreven.
Toch ontbreekt er iets. Vrouwelijke kunstenaars zijn bij Gombrich afwezig; geen Gentileschi, Leyster, Morisot, Vigée-Lebrun of Anguissola.
Reacties bleven niet uit ….
Kathy Hessel besloot om het gemis in The Story of Art recht te zetten. Ze publiceerde in 2022 The story of art (without men), dat tot Waterstones Book of the Year werd verkozen. Ze keerde om wat Gombrich had gedaan: ze vertelde de kunstgeschiedenis aan de hand van louter vrouwen. Vrouwelijke en mannelijke kunstenaars vertellen dat verhaal natuurlijk samen en zo zijn de twee boeken aanvullingen op elkaar.
Zelfs de Giorgio Vasari, die ook wel wordt gezien als de eerste kunsthistoricus, behandelde vrouwelijke makers in zijn collectie kunstenaarsbiografieën. Hij publiceerde zijn invloedrijke boek in de zestiende eeuw.
Neem de Florentijnse Plautilla Nelli, die op veertienjarige leeftijd intrad in het Dominicaanse klooster van Catharina van Siena. Ze was autodidact, begon als miniaturist en ging later grote altaarstukken schilderen. Dat deed ze overigens niet alleen, ze had in het klooster namelijk een atelier opgezet, waar natuurlijk alleen andere vrouwen werkzaam waren.
Let u even op de weergave van de vouwen in het tafelkleed waar Jezus en zijn discipelen aan zitten?
Van de Nederlandse kunstenaressen was Rachel Ruysch een van de beroemdste en in ieder geval de best betaalde. Ze schilderde bloemstillevens, vaak met een diagonale lijn in de compositie en met heel precieze details. De waardering voor haar schilderijen was enorm. Ze hingen aan het stadhouderlijk hof in Den Haag en verder van huis bij keurvorst Johan Willem en bij de hertog van Toscane Cosimo III, die een groot kunstliefhebber was. Ook haar zus Anna schilderde zulke boeketten.
Door naar de achttiende eeuw. De ambitie van de destijds beroemde Angelika Kauffmann bleek al vroeg in haar carrière uit haar onderwerpskeuze: mythologie en religie. Deze vielen traditioneel onder het ‘historische genre’, dat het hoogst aangeschreven stond in de tijd van Kauffmann.
Op dit schilderij haalt Venus Helena over om van Paris te houden. Het is een motief uit de mythologie over de Trojaanse oorlog. Met dit soort werk verwierf Kauffmann veel aanzien.
Een tijdgenoot verwoordde het zo:
‘de hele wereld is gek van Angelika’.
Gelijkheid liet ― en eigenlijk laat ― op zich wachten. Vrouwen mochten in de negentiende eeuw dan wel aan een aantal academies studeren, maar werken naar naaktmodellen bleef meestal taboe. Buiten schilderen naar de natuur of in het drukke stadsleven zoals impressionisten (M) dat deden, ging voor impressionisten (V) eveneens met maatschappelijke uitdagingen gepaard.
Wát ze schilderden is dan ook iets anders dan bij hun mannelijke collega’s. Het leven dat zich achter de schermen afspeelde werd een van de thema’s van de beroemde Berthe Morisot.
De enige vrouw in The Story of Art van Gombrich was Käthe Kollwitz, al werd zij pas in 1994 toegevoegd. Kollwitz speelde een grote rol in de ontwikkeling van het Duitse expressionisme. Ze schilderde, maakte grafisch werk en beeldhouwde.
Rouwend ouderpaar stelt Kollwitz en haar man voor bij het graf van hun in de Eerste Wereldoorlog gesneuvelde zoon.
Hessel heeft ook oog voor een ander onderwerp dat aandacht verdient, namelijk de ondervertegenwoordiging van mensen van kleur in de kunstgeschiedenis, zowel als makers als onderwerpen.
Lynette Yiadom-Boakye is een van de mensen die daar verandering in brengt. Het onderwerp van haar schilderijen zijn altijd mensen, maar het zijn nooit portretten.
Haar figuren zijn sierlijk, tijdloos en monumentaal. Yiadom-Boakye zet mensen centraal die te lang in de marge van de (kunst)geschiedenis zijn geduwd.
Wij raden u het broodnodige boek The Story of Art (Without Men) van Katy Hessel van ganser harte aan!
Sofonisba Anguissola
Rijksmuseum Twenthe nu-te-zien-sofonisba-anguissola:
“Van 11 februari tot en met 11 juni 2023 organiseert Rijksmuseum Twenthe in samenwerking met de Deense Nivaagaards Malerisamling de eerste solotentoonstelling rond het leven en werk van de Italiaanse renaissanceschilder Sofonisba Anguissola (ca. 1532–1625) in Nederland. Anguissola is een van de meest getalenteerde portretkunstenaars van de Italiaanse zestiende eeuw. Door slimme carrièrestappen speelt ze in op de wens van de adel zich te vereeuwigen en geraakt ze aan het einde van de zestiende eeuw tot in de binnenste cirkels van het Spaanse koningshuis.”
Een zelfportret van de Italiaanse Sofonisba Anguissola, die in de zestiende eeuw in Spanje aan het koninklijke hof werkte.
In de bovenstaande video vertellen we meer over haar leven, haar kunst en carrière.
Noten
[1a] Bron: Het Laatste avondmaal (16e eeuw) ― Plautilla Nelli, Santa Maria Novella, Florence
[1]Bron: Still life with flowers in a vase on a ledge with a dragonfly, caterpillar, and butterfly (1698) ― Rachel Ruysch
[2] Bron: Venus Induces Helen to Fall in Love with Paris (1790) ― Angelika Kauffmann, Hermitage, Sint-Petersburg
[3] Bron: Woman at Her Toilette (1875-1880) ― Berthe Morisot, Art Institute of Chicago
[4] Bron: Condor and the Mole (2011) ― Lynette Yiadom-Boakye
[5] Bron: Zelfportret (1556) ― Sofonisba Anguissola, museum Zamek Lubomirskich i Potockich w Łańcucie, Polen