Inca gebed

0

Gradus van Florestein

Het Zuiden:

Aan de winden van het Zuiden
grote Slang,
wikkel uw lichaam van licht om ons heen
en leer ons het verleden van ons af te schudden
zoals u uw huid afschudt om zacht over de aarde te gaan.
Leer ons de weg van schoonheid.

Het Westen:

Aan de winden van het Westen
moeder Jaguar,
bescherm deze ruimte waarin wij nu werken
toon ons de weg voorbij de dood
en leer ons de weg van vrede smetteloos te leven.

Het Noorden:

Aan de winden van het Noorden
Kolibrie, grootmoeders en grootvaders, Ouden
kom en verwarm uw handen aan onze vuren
fluister tot ons in de wind.
Wij eren u die voor ons kwamen
en zij die na ons komen, de kinderen van onze kinderen.

Het Oosten:

Aan de winden van het Oosten
Condor en grote Adelaar,
kom tot ons van de plek van de rijzende zon
houdt ons onder uw vleugels
toon ons de andere dimensies en leer deze te integreren in onze wereld van drie dimensies
toon ons de bergen waarvan wij alleen maar kunnen dromen
en leer ons vleugel aan vleugel te vliegen met de grote Geest.

Moeder Aarde:

Wij zijn hier bijeen voor de genezing van al uw kinderen:
het stenenvolk, het plantenvolk, de vierbenigen, de tweebenigen,
de wezens met bont, de kruipende wezens, de wezens met vinnen, de wezens met vleugels, al onze relaties.
U bent onze moeder.

Vader Zon:

Vader Zon, Grootmoeder Maan, sterrenvolken,
grote Geest, u die bekend bent onder duizend namen en die de onuitspreekbare bent,
dank dat u ons samenbrengt en ons in staat stelt het lied van het leven te zingen.

Dit Incagebed bevat de volgende elementen:

  1. De slang: de slang staat symbool voor verandering, voor transformatie. Als we het verleden van ons afschudden, veranderen we. We kunnen leren van het verleden. En als we van het verleden hebben geleerd kunnen we de uiterlijke vorm die samengaat met de gebeurtenis of de langduriger situatie welke bijgedragen heeft tot ons probleem van ons afschudden; zoals de slang haar huid afschudt om zacht over de aarde te gaan. Deze gebeurtenis of langduriger situatie kan van alles en nog wat zijn wat bijgedragen heeft tot het ontstaan van het probleem of de klachten, zoals bijvoorbeeld een traumatische gebeurtenis uit de jeugd of een familiegeheim.
    Dit proces vraagt de bereidheid ons te verdiepen in ons verleden, in het verleden van ons gezin en misschien zelfs in het verleden van onze ouders en voorouders. Dan pas, als wij de werking van dit verleden in ons huidige leven hebben gezien, kunnen we proberen het te ontkrachten en zo bewerkstelligen dat het niet langer invloed op ons kan uitoefenen. Hierdoor verwerven we ruimte de toekomst binnen te halen om deze op onze eigen manier vorm te geven.
  2. Moeder Jaguar: de jaguar staat symbool voor kracht en bescherming. Zij begeleidt ons en toont ons de weg voorbij de dood. Daarnaast beschermt zij de ruimte waarin wij leven en werken. Het is nodig de weg voorbij de dood te kennen. We worden immers geboren in een systeem met een geschiedenis. Of we komen te werken in een systeem met een geschiedenis. Elk systeem waarin we terecht komen heeft zijn regels. Deze regels zijn mede ontstaan door degenen die ons voor gingen. Was er eerder disharmonie in het systeem, dan werkt dit door in ons, de latere leden van dit systeem. Dit kan oorzaak van ons probleem zijn. De weg voorbij de dood kennen is ook zinvol om informatie te verkrijgen over mogelijke factoren bij onze voorouders die een rol hebben gespeeld bij het ontstaan van onze problemen.
  3. De kolibrie: de kolibrie staat symbool voor moed. Deze kleine vogel, die eigenlijk niet goed kan vliegen, vliegt over verre afstanden, vertrouwend op de honing die hij onderweg zal vinden. Met deze vogel verbinden we ons respect voor degenen die ons voor gingen, voor hun moed. We respecteren degenen met meer ervaring, met meer kracht en wijsheid dan wij. Als we hen met hun kennis, kracht en wijsheid achter ons weten, dan leven we meer volledig en zijn wij tot meer in staat.
  4. zeearend – foto Joke Koppius
    De condor en de adelaar: deze grote vogels staan symbool voor het omvangrijke gebied dat ze kunnen overzien als ze hoog in de lucht vliegen. Tevens kunnen ze scherp elk detail in de diepte zien. Met deze vogels verbinden we ons besef dat er meer is dan wij als mens kunnen waarnemen.
    Wat we als mens zien en ervaren wordt bepaald door de mogelijkheden van onze zintuigen en door de mogelijkheden van ons brein om de input van onze zintuigen beeld en samenhang te geven. Onze werkelijkheid wordt bepaald door onze ervaringen, door de manier waarop we deze ervaringen betekenis verlenen en door de manier waarop we deze betekenissen ordenen. Als we opzien naar de sterrenhemel, kijken we in het verleden. We zijn gevangen in ruimte en tijd, en worden ingeperkt door de mogelijkheden van ons brein en van ons fysieke lichaam om het omringende waar te nemen.
    Er is meer dan wij kunnen waarnemen en ervaren. Dit per definitie. Respect voor dit grotere dan wij, hoe dit er ook uit moge zien, kan dit grotere uitnodigen zich met ons te verbinden.
  5. Moeder Aarde: zij staat symbool voor al het leven op deze planeet. Wij zijn allemaal voor ons leven van haar afhankelijk. Wij werken voor elkaar en voor haar, en zodoende voor alles. Niets staat op zichzelf, alles is verbonden.
  6. Vader Zon en Grootmoeder Maan: zij staan symbool voor het grotere dan wij, voor het ongeziene, voor dat wat door ons heen werkt. Door het aanroepen van Vader Zon en Grootmoeder Maan tonen wij diep respect voor dat wat groter is dan wijzelf en verbinden wij ons met dit grotere.

Vier perspectieven

Het Incagebed en de hierboven geschetste symboliek getuigen van verbondenheid met de levende natuur in en buiten ons: het leven is in ons, in ons als mens. Erkenning van dit leven en het ons bewust zijn van het netwerk waarin wij leven, is voor mij essentieel om de isolatie waarin iemand zich kan bevinden en ervaren, op te heffen.

Het waardevolle van deze Indiaanse (Inca) visie heb ik als een gelaagdheid van perspectieven op de werkelijkheid beschreven (Van Florestein, 2009):
Wij kunnen ons vanuit verschillende perspectieven verhouden tot de wereld om ons heen.

  • Vanuit het letterlijke perspectief zien we alles zoals het is, meer niet.

Dit perspectief hangt samen met de materiële werkelijkheid en met de taal waarmee wij die werkelijkheid beschrijven. De taal die we vanuit dit perspectief gebruiken is de taal waarmee wij onder meer het fysiek lichaam beschrijven en aanduiden. Woorden — in hun letterlijke betekenis — kunnen een eenvoudige beschrijving geven van een materieel feit, een directe gebeurtenis, zonder dat ze verwijzen naar een diepere betekenislaag achter die gebeurtenis. Het is het perspectief van waaruit wij meestal zijn opgeleid.

Vanuit dit letterlijke perspectief is de enige vraagstelling bij bijvoorbeeld de beet van een slang: hoe krijgen we het gif weg, of hoe maken we dit onschadelijk.

  • Het symbolische perspectief hangt samen met de betekenis achter de woorden. Hier vragen we ons af welke betekenis we aan een verschijnsel of aan een gebeurtenis willen toekennen.

Anders dan bij het letterlijke perspectief gebruiken we woorden nu overdrachtelijk, we leggen er een symbolische of metaforische betekenis in. Vanuit dit symbolische perspectief is de vraagstelling bij de beet van de slang bijvoorbeeld: wat wil de slangenbeet ons zeggen, wat is de betekenis ervan.

  • Vanuit het mythische perspectief bezien we het ons omringende in beelden en visioenen. We begeven ons voorbij tijd en ruimte en laten het beeld het werk doen. We zijn hier in het domein van de ziel en kijken vanuit dit domein naar de ons omringende wereld.

Dit vraagt om een nadere beschrijving van het begrip ‘ziel’. De vragen die zich aandienen zijn onder meer: wat bedoelen we met de ziel, wat kunnen we hier over zeggen en hoe werkt de ziel door in het voor ons zichtbare domein van ruimte en tijd.

Als wij ons voorbeeld van de slangenbeet vervolgen gaat het nu om het mythische verhaal van de slang. Via mythen kunnen wij voor de slangenbeet een betekenis zoeken.

  • Vanuit het energetische perspectief bezien is alles één en gaat in elkaar over. Dit is voor ons, die gewend zijn aan denken in vormen en objecten, een vaag, soms zwevend overkomend perspectief.
    Vanuit dit energetische perspectief ervaren wij geen afgescheiden ‘ik’ meer. Bij de slangenbeet bijvoorbeeld vereenzelvigen we ons met de slang. Er is dan de ervaring dat wij zelf de slang zijn, zoals wij in essentie de ander, de bloem, de boom, de wolken, de sterren zijn.
    Het object begint weg te ebben, vanuit dit energetisch perspectief bezien beïnvloedt alles en iedereen elkaar, hier is alles en iedereen van elkaar afhankelijk.
    Dit perspectief bevindt zich voorbij ruimte en tijd. Ik wil een poging doen dit nader toe te lichten. Voor mij is er essentie en vorm. Vorm neemt ruimte in en is verbonden met tijd. De tijd immers verandert de vorm. Essentie is voor mij ‘iets’ dat geen vorm heeft, dus ook geen ruimte inneemt en daarom ook niet door de tijd wordt beïnvloed. De essentie beschouw ik als de ‘kern’ of het ‘wezen’ van elke vorm. In de vorm, in elke vorm, weerspiegelt de essentie zichzelf. De essentie is primair ten opzichte van de vorm: de vorm is van de essentie afgeleid. Iedere vorm wordt zowel bepaald door de essentie als door haar waarnemer. De eigenschappen van de vorm worden bepaald door elke vorm zelf, maar vooral ook door de omgeving ervan. (Daarom staan eigenschappen niet vast, ze zijn veranderlijk, of misschien kunnen we zeggen: eigenschappen evolueren.)
    Wanneer we de wereld bezien vanuit dit energetische perspectief, dan ervaren we veeleer de essentie dan dat we de vorm waarnemen. In ons waarnemen staat de vorm dan minder op de voorgrond.

Het eerste en tweede perspectief zijn vooral manlijke perspectieven: beide zijn doelgericht, objectief en lineair. Mensen in westerse culturen treden de wereld gewoonlijk vanuit dit eerste en tweede perspectief tegemoet, we hebben leren denken vanuit deze perspectieven en verhouden ons vandaar uit tot de omringende werkelijkheid. Het zijn de perspectieven van het object en van de scheiding: ik ben hier en daar is het object, daar is de ander. Met dit letterlijke en symbolische perspectief zijn wij westerlingen het meest vertrouwd. En vanuit dit vertrouwd zijn hiermee, ervaren wij het werken vanuit deze perspectieven in hoge(re) mate als regulier.

Het derde en vierde perspectief zijn de meer vrouwelijke perspectieven: alles is hier tegelijkertijd, en dus niet lineair. Vanuit één punt wordt de gehele omgeving ogenblikkelijk gezien. Beelddenkers en kunstenaars verhouden zich meestal vanuit deze perspectieven tot hun omgeving. Vanuit dit mythische en energetische perspectief ervaren wij onszelf sterker als deel van het ons omringende dan vanuit de twee voorgaande perspectieven. Het onderscheid tussen subject en object begint hier te vervagen. Mensen in oosterse culturen zien wat hen omringt veel meer vanuit deze perspectieven.

Deze vier perspectieven zijn alle relevant, ze vullen elkaar aan. Het ene perspectief is niet beter dan het andere. Dat zou een typisch westers denken zijn: vergelijken en meten, en dus vanuit het eerste en tweede perspectief de wereld bezien. Waar het om gaat is, of wij ons bewust zijn vanuit welk perspectief wij werken, want dat is ook het perspectief vanwaar uit wij de ander benaderen. En kunnen wij het perspectief herkennen van waaruit de ander, het hem omringende benadert?

  • Florestein, G. van (2009) De depressie vanuit verschuivend perspectief. Eeserveen: Uitgeverij Akasha.
  • Hammerschlag, C.A. (1988) The Dancing Healers, a Doctor’s Journey of Healing with Native San Francisco: Harper.
  • Villoldo, A. en Jendresen, E. (1995) Dance of the four winds, secrets of the Inca medicine wheel. Rochester, Vermont: Destiny Books.
  • Villoldo, A. en Jendresen, E. (1995) Island of the sun, mastering the Inca medicine wheel. Rochester, Vermont: Destiny Books.
  • Villoldo, A. (2000) Shaman, healer, sage, how to heal yourself and others with the energy medicine of the America’s. New York: Harmony books.
  • Villoldo, A. (2006) The four insights, wisdom, power and grace of the earthkeepers. Carlsbad, USA: Hay House.
  • Villoldo, A. (2008) Courageous dreaming, how shamans dream the world into being. Carlsbad, USA: Hay House.
  • Wolf, F.A. (2000) De adelaarsqueeste, de grenzen tussen moderne wetenschap en een mystiek wereldbeeld geslecht. Amstelveen: Symbolon.
2017-12
Avatar foto

werkte voor zijn pensionering (2015) als zelfstandig gevestigd psychiater en psychotherapeut. Nu geeft hij de workshops ‘opstellingen’ en samen met Rineke van Voorn de workshops ‘Transformatie en overgangsrites’, ‘ De weg voorbij de dood’ en ‘Bezielend ouder worden’.