Krzysztof Dobrowolski-Onclin
Overgenomen van het blog Gevelstenen, 3 december 2020
Er blijft dicht bij huis en in de buitenlucht genoeg moois te zien. Zoals gevelstenen. Het zijn veelal beschilderde reliëfs die je vindt aan de gevels van oude huizen in onze steden.
Het enige wat u hoeft te doen is uw ogen goed de kost geven. Maar waar dienden ze voor? Wanneer werden ze gemaakt? En wat staat er zoal op? Lees hieronder een beknopt verhaal over Amsterdamse gevelkunst. Een uitgebreide leestip is het boek ‘De gevelstenen van Amsterdam’ van Onno W. Boers.
Eigenlijk zijn gevelstenen een soort uithangborden. Die waren echter van hout, net als de meeste huizen. Het bouwen van houten huizen werd na de stadsbranden van 1421 en 1452 aan banden gelegd.
Baksteen was het nieuwe materiaal en ook de uithangborden werden in steen omgezet. Zij gaven dus aan wat je binnen kon krijgen of regelen.
Een riemensnijder maakte zich herkenbaar aan de ‘draagzelen’ op deze gevelsteen uit 1630 (hoek Sint Olofssteeg en Zeedijk). Het zijn draagriemen die door kuiers gebruikt werden. Maar met de verkoop van een pand wijzigde vaak de bestemming van de zaak.
Aan de Kloveniersburgwal 34 had Margaretha Rodenburg in 1742 een linnenwinkel. De winkel is weg, de steen is er nog.
Het nut van gevelstenen was namelijk dat huizen herkenbaar waren. De eerste nummering van huizen in Amsterdam is van 1795 en tot die tijd was men aangewezen op … juist, gevelstenen.
Een gevelsteen was dus een soort adres. Een zestiende-eeuwse verordening bepaalde zelfs dat pandeigenaren bij een verbouwing de oude gevelsteen terug moesten plaatsen.
Huizen hadden bovendien namen, zoals ‘De cleyne blaauwe fonteyn’ of ‘De Keysershoet’ van hierboven. Die stenen zijn nu trouwens elders ingemetseld. Die laatste bevindt zich in een verzamelmuur in de hoek van de Oudezijds Voorburgwal en de Nieuwebrugsteeg.
Onderwerpen zijn er op de gevelstenen te over. Het zal niet verbazen dat er naast beroepen, symbolische beeldtaal en namen van huizen en eigenaren veel religieuze motieven zijn te vinden. Aan de gevel van de Oudezijds Voorburgwal 158 pronkt bijvoorbeeld ‘De wonderbaarlijke visvangst’, die in het evangelie van Lucas 5:1-11 wordt beschreven.
De gevelsteen is gebaseerd op een gravure van Cornelis Galle naar Maerten de Vos.
Lucas 5
‘Toen hij [Jezus] was opgehouden met spreken, zei hij tegen Simon: ‘Vaar naar diep water en gooi jullie netten uit om vis te vangen. […] En toen ze dat gedaan hadden, zwom er zo’n enorme school vissen in de netten dat die dreigden te scheuren.’
Er zijn in Amsterdams nog enkele zestiende-eeuwse gevelstenen te vinden. Het oorspronkelijke nut, namelijk herkenning en duiding van de nering, verloren zij in 1795 toen de stad nummering invoerde.
Veel gevelstenen zijn kwijt of verplaatst, maar de traditie is een nieuw leven ingeblazen. Lopend of fietsend door Amsterdam zie je tal van eenentwintigste-eeuwse gevelstenen, zoals op de hoek van de Hoogte Kadijk en een fietspad naar de Laagte Kadijk.
Polen op Amsterdamse gevelstenen
Op enkele Amsterdamse gevelstenen is een verwijzing naar Polen te vinden. Op zich is dat niet wonderlijk, want de Republiek dreef handel met het land. Zo eenduidig zijn die verwijzingen echter niet allemaal. Bekijk een korte video over Polen op Amsterdamse gevels. (Met Poolse en Nederlandse ondertiteling).
Polen op Amsterdamse gevelstenen
[1] Bron: Wonderbaarlijke visvangst (1598-1618) – gravure van Cornelis Galle naar Maerten de Vos, Rijksmuseum Amsterdam