Ontmoetingen — breuk-, raak- en snijvlakken tussen culturen en tijdperken
Hoofdredactie
Ether — wegen van de quintessence — Prehistorie <—> historie en spiltijd — Spiltijd van culturen — Modern <—> postmodern — Oost <—> West – uitwisseling — Noord <—> Zuid – uitwisseling
Het element ether is verbonden met de kleuren paars en wit en met de lemniscaat als symbool van het samenspel van de vier elementen. Het verwijst naar oneindigheid en oerverbondenheid, harmonie door afstemming en ontmoeting.
Het ‘etherveld’ verwijst naar het gegeven dat de zoektocht naar wijsheid , hoewel cultureel verschillend en kleurrijk vormgegeven, een in alle culturen voorkomend (transcultureel) element is en gevoed wordt door:
ontmoetingen tussen culturen; en profiel krijgt door raak-, snij- en breukvlakken in de geschiedenis en tussen tijdperken.
In de geschiedenis zijn breukvlakken en rode draden te ontwaren en ontwarren van de wijze waarop verhalen en visies, symboliek en rituelen in culturen via mondelinge en schriftelijke overlevering worden doorgegeven.
De breukvlakken en rode draden zijn zowel in de tijd (zoals de overgang van prehistorische naar historische tijdperken; als ‘spiltijd’en (post-)moderniteit’) als ruimtelijk te markeren, op de grensvlakken van de vier windstreken: oosterse en westerse, noordelijke en zuidelijke culturen.
Het Rad van interculturele levenskunst gaat ervan uit dat er een interculturele verwantschap bestaat in de zoektocht naar wijsheid. Daarin zijn zowel transculturele (de grenzen van culturen overschrijdende) motieven te onderkennen als een couleur locale te ontdekken in de culturele symboliek, rituelen en verhalen.
Hoewel de liefde tot wijsheid in elke cultuur anders wordt vormgegeven, lijkt die drijfveer zelf en het besef van een oorspronkelijke verbondenheid een transcultureel gegeven te zijn.
Toelichting op de door Louis Van Marissing ontworpen pictogrammen voor het etherveld
Prehistorie <-> historie en spiltijd
Het pictogram voor prehistorische tijdperken is geïnspireerd op afbeeldingen van grottekeningen, zoals de tekeningen van bizons, vogels, rinoceros en mensfiguren in de grotten van Lascaux, in het tegenwoordige Zuid-Frankrijk en vergelijkbare vondsten in andere grotten in Zuid-Europa en Noord-Afrika. Volgens sommige onderzoekers zouden de afbeeldingen getuigen van een animistische natuurbeleving en van sjamanistische praktijken.
Modern <–> postmodern — breukvlakken in de geschiedenis en de dynamiek van globalisering
Het pictogram voor het postmoderne tijdperk (het tijdperk na de moderniteit) is geïnspireerd op digitale technieken zoals de chip. De digitale revolutie staat mede aan de basis van een kanteling van de op modernistische principes gebaseerde, nationale samenlevingen — rationalistische ordening van de werkelijkheid, op beheersing van het leven gerichte technieken op basis van de objectivering van tijd, ruimte en causaliteit (mogelijk gemaakt door uitvindingen zoals klok, kompas, microscoop, verrekijker, vuurwapens, …); van de rationalisering van werkprocessen en het vooruitgangsoptimisme door middel van economische groei en technologie — naar een ‘postmoderne’ samenleving. De contouren van een nieuwe globaliserende wereldorde lijken zichtbaar te worden, die meer gebaseerd zal (moeten) zijn op andere principes zoals wederkerigheid, wederzijdse afhankelijkheid en de circulariteit van economische, sociale en levensprocessen.
Oost <-> West — uitwisseling
Het Oost en West pictogram geeft de dynamiek en verbindingen tussen Oost en West weer, in de vorm van ontmoetingen en botsingen, handel en wetenschappelijke uitwisseling tussen culturen. Zowel via oude handelsbetrekkingen en reisroutes, zoals de ‘zijderoutes’, de zogenaamde ontdekkingsreizen en kolonisering; als de versnelling van de interculturele contacten en uitwisselingen in een globaliserende wereld door digitale communicatietechnologie, transnationale economieën en het massatoerisme.
Noord <-> Zuid — uitwisseling
Het Noord en Zuid pictogram geeft ontmoetingen en botsingen tussen culturen, handels- en interculturele betrekkingen tussen Noord en Zuid weer. De oude volksverhuizingen van noordelijke Euraziatische stammen en volkeren naar het zuiden van beide continenten, waar de verwantschap tussen Finse, Hongaarse en Turkse talen op wijst; de Arische stammen die de Indusvallei in het noordwesten van het huidige India en Pakistan binnenvielen; de Inuït, die zich vanuit Noord-Azië naar Noord-Amerika over het gehele continent als ‘Indiaanse stammen’ naar het Zuiden toe verspreidden; stammen en volkeren van Zuidoost-Azië en Indonesië die in kano’s over de in het pleistoceen veel lagere zeespiegel over het Polynesische eilandenrijk verspreidden tot aan het huidige Australië en Nieuw-Zeeland; de westerse slavenhandel en kolonisering van volkeren, vooral uit West-Afrika, naar wingewesten zoals India en Zuid-Amerika; en de globaliserende betrekkingen die in alle windstreken resulteert in een vergelijkbare dynamiek met (neoliberale) economische en sociale snij-, breuk- en raakvlakken tussen culturen.